World Wide Angle (NL) – 4 februari 2016

  • Datum 04-02-2016
  • Auteur
  • Deel dit artikel

Gianfranco Baruchello

De Australische filmcriticus Adrian Martin schuimt voor de Filmkrant het wereldwijde web af. Als correspondent becommentarieert hij opvallende discussies en tendensen rond films en filmmakers, in webzines, weblogs etc. Aflevering 18: ‘Collages’.

Een van de mooiste boeken die ik ooit heb gelezen is van een visionaire Italiaanse kunstenaar (tegenwoordig voorbij de tachtig, en kort geleden regisseur van een sterke film over gevangenissen) met de naam Gianfranco Baruchello: het boek is Why Duchamp, en heeft als ondertitel An essay on aesthetic impact. In dit brede en verreikende discours, heeft Baruchello het over zijn ‘kunst van het verzamelen’: ‘Misschien dat ik op een dag alle dingen die van mijn geest een zootje maken inventariseer op een manier die impliceert dat al die dingen aanvullingen zijn op alle andere dingen, en dat ze op zoek zijn naar het geheim wat al die dingen samen kunnen betekenen.’ Maar in de tussentijd, zegt hij, blijft hij gewoon aan het werk, en zet hij het ene ding naast het andere: ‘Ik denk dat ik het gewoon daar neerzet, gewoon neerzet en kijk wat er gebeurt.’
Voor een groot deel van de twintigste eeuw waren de kunst van de collage of de fotomontage veeleisende creatieve activiteiten: kunstenaars verscheurden hun verzamelde beelden, herschikten ze, tekenden of schilderden erover heen, vergrootten of verkleinden ze. In deze tijd van het internet is de cultuur van de collage stilletjes opnieuw geboren en gedefinieerd, waarmee het veel dichter is komen te staan bij het zachte proces waarover Baruchello zich zo juichend uitspreekt: ‘Gewoon daar neerzetten en kijken wat er gebeurt.’ Tegenwoordig kunnen wij gemakkelijk elk dag (net zoals in een dagboek of schetsboek maar dan in de vorm van een openbaar forum) de beelden en teksten die een zootje maken van onze geest een plaats geven, en wijzen (hoe vaag ook) naar een geheim of een systeem dat voor elk van ons persoonlijk, uniek en speciaal is.
In mei liet de Spaanse editie van Cahiers du Cinéma zien dat ouderwetse print-magazines daadwerkelijk veranderen onder invloed van het net: bij het blad zat, als onderdeel van een uitstekend bijvoegsel over de belangrijke Portugese regisseur Pedro Costa, een levendige, drie pagina’s grote collage van Andy Rector, waarop films van Costa, Ford, Chaplin, Raoul Walsh en Charles Laughton door elkaar gehusseld waren. Het was een pleidooi, dat filmmakers met elkaar verbond door hun beelden te laten resoneren. Filmmakers die, hoewel gescheiden door nationaliteit of geschiedenis, toch deel uitmaken van een traditie van filmische puurheid en verzet.
Ik ken Rector — en vermoedelijk kenden de Spaanse redacteuren van Cahiers hem zo ook — via zijn blog Kinoslang (kinoslang.blogspot.com), dat regelmatig dit soort associatieve collages afbeeldt. Maar er zijn nog veel meer spelers in dit veld die het verdienen ontdekt te worden. Onder hen is de Spaanse blogger Junior, die op elcrepusculodeunapelusa.blogspot.com vooral in beelden elegant haar uitmuntende en eclectische filmvoorkeuren laat zien: alles van Cocteau en Sam Fuller tot het Tsjechisch surrealisme van de jaren zestig en de Italiaanse giallo, tot de Japanse avant-garde. Het zijn niet alleen de stills zelf die vermaken en fascineren, maar het is precies die mix van van elkaar verwijderde genres en culturele verwijzingen. Puur door de flow van dit sampelen ontstaat een persoonlijke stem die tot ons spreekt.
Maar de ouderwetse wonderen van de twintigste eeuwse collage zijn nog niet verloren. Op de officiële website van het Sergei Paradjanov Museum (parajanov.com/museum.html), kan men vijftien opvallende beeldconstructies aanklikken van de fantastische Georgische filmmaker (1924-1990), intens kleurrijke werken die mythologie met surrealistische mijmeringen mengt, net als hij in films als de kleur van de granaatappels deed. Wat een vreemde wereld: terwijl Paradjanov zichzelf ooit in een gevangeniscel bezighield door collages te maken, brengen nep-Paradjanovbeelden nu bijna honderdtachtigduizend dollar op de kunstmarkt op…

Adrian Martin | vertaling Ronald Rovers

Geschreven door