World Wide Angle (NL) – 3 juni 2015

Sandpiercer

  • Datum 03-06-2015
  • Auteur
  • Deel dit artikel

De Australische filmcriticus Adrian Martin kijkt naar opvallende discussies en tendensen rond filmmakers.

Door Adrian Martin

Wie vandaag de originele Mad Max uit 1979 opnieuw ziet, valt een ding heel erg op: bijna elke vent in die film — behalve natuurlijk onze held Max Rockatansky (Mel Gibson) — is behoorlijk queer. En aan beide kanten van de wet: ‘Fifi’ (Roger Ward) gedraagt zich als politiechef bijna even uitbundig als The Toecutter (Hugh Keays-Byrne) met z’n bende doet. Het is een grotendeels door mannen bevolkte, homoerotische wereld, met (zoals een criticus toentertijd observeerde) vrouwen en kinderen als doelwitten en slachtoffers. En het is het tragische verlies van die heteroseksuele geliefden waardoor Max gek wordt — en voor altijd celibatair lijkt het.
Tegen de tijd dat Mad Max 2 (aka The Road Warrior, 1981) verscheen, hadden Miller en z’n collega’s een theorie bedacht om die alles doordringende queerness te verklaren: in de wereld op het scherm "hadden mensen geen tijd voor ontspannen seks. Er is geen tijd voor een vrouw om een kind te krijgen, op te voeden, etc. Het is heel onwaarschijnlijk dat een zwangere vrouw met een kind hier kan overleven." Hij voegde wel toe dat zowel in Mad Max 2 als Mad Max Beyond Thunderdome (1985) mannen en vrouwen heel makkelijk van rol konden wisselen, omdat ze "simpelweg inwisselbaar zijn".
Hoe anders is het wereldbeeld van Mad Max: Fury Road! Nu is het hebben van baby’s — bij voorkeur jongetjes, gebaard door een harem van goed verzorgde supermodellen — de voornaamste preoccupatie van Immortan Joe (Keays-Byrne back with a vengeance). Deze klassieke droom van vruchtbaarheid en patriarchale nakomelingen wordt in de film met grotesk vertoon gecontrasteerd met elke denkbare variant van fysieke afwijken en morbide doods-fanatisme — inclusief een spectaculaire scène van een doodgeboorte na keizersnede.
In de ogen van veel Mad Max fans blijft de tweede in de serie de klassieker, met Fury Road snel stijgend en z’n status dichtbij de top claimend. (Zelf denk ik dat deze vierde wel eens de beste zou kunnen zijn, met de eerste als sterkste concurrent — maar vergeet niet dat we dan een kleine B-film gemaakt voor 380 duizend dollar vergelijken met een superblockbuster gemaakt voor 150 miljoen). Fury Road voert ons zeker terug, zoals coscenarist Brendan McCarthy beloofd had, naar de goudmijn van een uitgesponnen achtervolging, een wereld gevangen in strijd en de ‘rauwe, kinetische bestorming’ van ‘manic Mad Max mayhem’.
Maar onverwacht doet Fury Road je ook met een sympathiek oog terugkijken naar Beyond Thunderdome, de meest verguisde van het stel. Als Millers recente triomf alles doet wat hij oorspronkelijk in Mad Max 2 wilde doen — nu met de hulp van de meest geavanceerde digitale technologieën, die hij met grote handigheid inzet — de film herinnert ook aan de aanzienlijke ambities van Thunderdome. Want dat was (in de woorden van Ross Gibson) ontegenzeggelijk een ‘mythisch’ project — gekkenwerk, volgens velen — over het grote thema van Beschaving: de tirannieke opkomst, bloederige val, en hoopvolle reformatie.
Fury Road is briljant geconstrueerd. Hij vermijdt bijna elk gevoelig politiek twistpunt, terwijl hij toch teruggrijpt naar wat Miller beschouwt als het tijdloze ‘Middeleeuwse’ fantasiedrama van gecorrumpeerde macht, verzet, hoop en verlossing — deze keer voornamelijk belichaamd door sterke vrouwelijke personages. Hij schuwt elke reflectieve dialoog of contemplatief symbolisme, en kanaliseert alles via die ene spannende trip weg van en dan weer terug naar de Citadel. Hij doet waar Miller lang van heeft gedroomd: het is een film die zich nergens afspeelt, alleen in het cinemaland van onze dromen, die circuleert in de geglobaliseerde hypercultuur (hoeveel ‘event films’ lanceren zichzelf tegenwoordig zo succesvol in zoveel landen — plus Cannes — op praktisch dezelfde dag?). Zelfs Millers thuisland Australië lijkt een verre herinnering langs deze Fury Road.
En toch, net als Bong Joon-ho’s ondergewaardeerde Snowpiercer (een andere film nauw verwant aan de stijl van comics), is Mad Max: Fury Road een film die ons niet alleen door elkaar schudt met z’n schokeffecten, snelheid en filmische inventiviteit, maar ook met zijn grote Metropolis-achtige visie van een hele samenleving op de rand van de afgrond. Het is een therapeutische apocalypse.

Geschreven door