Filmthuis #312

LATE FRAGMENT

Een selectie uit de videotheek van nieuwe, interessante en curieuze films die niet in de bioscoop zijn uitgebracht. En films opnieuw uitgebracht op dvd.

LATE FRAGMENT
Stoeien met de dader

Het blijft modderen voor de interactieve film. Nog voor het genre tot bloei kwam, lijkt het al een vroege dood gestorven. De interactieve mozaïekfilm late fragment geeft nieuwe hoop.

De interactieve film leek hetzelfde treurige lot te zijn toebedeeld dat de interactieve literatuur in de beginjaren van internet onderging. De ene na de andere hypertekstroman verscheen, alleen bleek niemand warm te lopen voor proza waarin de lezer zijn eigen weg door de tekst bepaalt.
De oorzaak? Interactiviteit botst met narratie. Wie een verhaal leest, hoort of kijkt, wil niet de teugels in handen houden maar juist lekker achteroverleunen. Niet zelf sturen maar gestuurd worden. Juist omdat je niet weet hoe het verdergaat en daarop ook geen controle kunt uitoefenen, ontstaat spanning. Interactiviteit verstoort de onderdompeling in de fictieve wereld en het meeleven met de karakters.
Filmmakers die hardnekkig in de interactieve film blijven geloven, moeten dus op zoek naar creatieve oplossingen. En zowaar, de laatste jaren gloren er weer hoopvolle tekenen aan de horizon. Zo verraste Fransman Alexandre Brachet met de webdocumentaires thanatorama en gaza/sderot, die opvielen door efficiënte want beperkte navigatiemogelijkheden.

Elegant
Ook de vijf Canadese regisseurs van late fragment zijn even doeltreffend als elegant te werk gegaan. Ze zochten het in de eerste plaats in het onzichtbaar maken van de interface. Geen rijen iconen en ingewikkelde menustructuren op het scherm. Een klik op de muis of een druk op de afstandsbediening van de dvd-speler is voldoende om een slinger aan het verhaal te geven. Je doet dat terwijl de film speelt. Zo wordt voorkomen dat de illusie van het opgaan in de filmische realiteit keer op keer wordt verstoord.
Interactiviteit zorgt er verder voor dat de spanningsboog strak gespannen blijft, in plaats van dat deze steeds verslapt. De meeste interactieve films bieden verschillende opties voor het vervolg van de plot: bijvoorbeeld ‘moordenaar wordt opgepakt’ of ‘moordenaar blijft ongestraft’. Je weet dus min of meer waar jouw keuze toe leidt. Maar als je klikt in late fragment, is het juist een open vraag hoe de plot zich verder ontrolt. Dat is precies wat je van een filmverhaal verlangt.
Zelf aansturen is, op een aantal momenten na, geen verplichting. Je kunt de dvd afspelen als een ‘gewone’ film. Maar dan mis je wel de essentie, want de interactiviteit heeft een functie voor het verhaal. late fragment is een mozaïekfilm die, net als bijvoorbeeld babel, drie plotlijnen over drie verschillende personages met elkaar versnijdt. Ze worden verbonden door therapiesessies waarin daders en slachtoffers van een moord hun ervaringen delen. Alleen kun je hier, afhankelijk van wie je interesse heeft, besluiten de verhaallijn van Kevin, Theo of Faye meer of minder intensief te volgen.
Daarbij wordt evenveel informatie niet als wel aangereikt. Het blijft gissen naar de precieze toedracht van de gebeurtenissen en de motieven van daders en slachtoffers. Het is de kunst uit de mozaïeksteentjes een eigen legpuzzel samen te stellen, als een detective op zoek naar de clou. Ook al stuur je jezelf geregeld met een kluitje in het riet, de mogelijkheid handelend op te treden versterkt wel het idee dat je Sherlock Holmes speelt. De interactiviteit zorgt er juist voor dat je je kunt onderdompelen in het verhaal, in plaats van het te doorbreken.
Hoewel late fragment de interactieve film nieuw leven inblaast, stelt het filmisch teleur. Het acteren is soms houterig en theatraal, het camerawerk en de montage doen denken aan een goedkope televisiefilm en het scenario blijkt, als de clou na een aantal kijkbeurten eenmaal ontrafeld is, simplistisch en schematisch in elkaar te steken. Het maakt nieuwsgierig naar de vraag wat er gebeurt als veelbelovende arthousefilmers hun vingers (weer) aan dit genre durven te branden. Ik kijk alvast uit naar interactieve films van Lars von Trier, Alejandro González Iñárritu en François Ozon.

Niels Bakker

LATE FRAGMENT (Daryl Cloran, Anita Doron, Mateo Guez, Anita Lee, Ana Serrano, Canada, 2008, Mongrel Media, te bestellen via Amazon).

MADELIEFJES
Worst knippen

Imponerende films maakten de mannelijke regisseurs van de Tsjechische Nouvelle Vague in de jaren zestig, maar de radicaalste film is van een vrouw. Vera Chytilová maakte in Tsjechië met madeliefjes (daisies) de ultieme anarchistische film.

As is verbrande turf, maar toch: hoe zou de Tsjechische film zich hebben ontwikkeld als de vrienden van het Warschaupact onder leiding van oppervriend Rusland het land in 1968 niet waren binnengevallen? De Tsjechische filmcultuur beleefde in die tijd hoogtijdagen. Schijnbaar uit het niets doken halverwege de jaren zestig op internationale festivals Tsjechische films op. Dat filmjournalisten meteen van een stroming spraken, was nu eens geen onzin. De term Tsjechische Nouvelle vague was geen originele benaming, maar de associatie met de Franse filmstroming was juist. Ook in Tsjechië brak een nieuwe generatie filmmakers resoluut met het verleden.
Het verschil met de Franse collega’s was dat ze naast stilistische ook cultuurpolitieke redenen voor hun filmrevolutie hadden. De jonge filmmakers wilden de Tsjechische filmcultuur bevrijden uit het keurslijf van het socialistisch-realisme. Weg met de valse, opgepompte lyriek over soldaten, arbeiders en boeren, leve het echte leven! De kiem van de verzetshaard was de filmacademie FAMU in Praag. Daar heerste in de jaren zestig een vrolijk-anarchistische sfeer, waarin alles kon. De explosie in de Tsjechische cinema bleef niet onopgemerkt. Twee keer binnen twee jaar won een Tsjechische film de Oscar voor beste buitenlandse film: in 1965 the shop on mainstreet (Ján Kadár en Elmar Klos) en in 1967 closely watched trains (Jirí Menzel). Daarnaast haalde Milos Forman nog eens twee Oscarnominaties binnen, voor loves of a blonde in 1966 en the firemen’s ball in 1968.

Geile mannetjes
In dit vrije milieu gedijde ook de in 1929 geboren Vera Chytilová, die in haar jeugd haar draai niet kon vinden. Studies in architectuur en filosofie zette ze niet door en een poging om als fotomodel aan de slag te komen liep uit op een desillusie. Toen ze een baantje kreeg in de Barrandov Studios in Praag had ze het gevonden: de passie voor film sloeg toe en liet haar niet meer los. Ze werd in 1957 aangenomen op de FAMU en studeerde vijf jaar later af met strop (plafond). De film bevat de thematiek die haar zou blijven inspireren: de positie van vrouwen in een verstikkende samenleving. In de film vecht een fotomodel tegen exploitatie en materialisme in de modewereld.
In 1966 brak Chytilová internationaal door met madeliefjes. De anti-realistische film, die door de vele kleurfilters, het hink-stap-sprong karakter en het gebruik van allerlei soorten beeldmateriaal oogt als een experimentele film, voert twee tienervriendinnen op, die uit hun observatie dat het slecht gaat in de wereld concluderen dat zij zich dan ook maar slecht moeten gedragen. Ze leven zich uit in gedrag dat de patriarchale orde volledig ondermijnt. De tieners laten zich door oude geile mannetjes fêteren in dure restaurants, maar poeieren hen aan het einde van de avond af. Ook gaat een van hen verleidelijk uit de kleren voor de ogen van een hartstochtelijk op haar verliefde pianist, maar verdwijnt als hij haar wil aanraken. Als de pianist later wanhopig aan de telefoon hangt, knippen de dames met een schaar worstjes in stukken. Kan het duidelijker? In madeliefjes grijpen vrouwen de seksuele macht.

Hogere ironie
madeliefjes komt tot een climax als de twee vriendinnen een lege barokke zaal ontdekken waar alles klaar staat voor een chique banquet. Al snel hangen de meiden aan een kroonluchter en vliegt het exquise eten in het rond. Op het hoogtepunt van de vernieling komen ze tot inkeer en willen ze niet meer ‘slecht’ zijn. “Als we goed zijn en hard werken zijn we gelukkig.” Knieval voor de conformistische communistische samenleving of hogere ironie? We hadden het graag gehoord van Chytilová, maar het ruim vijftig minuten durende documentaire portret van haar, dat als extra bij de dvd zit, geeft een aardig overzicht van haar carrière, maar gaat nauwelijks inhoudelijk in op haar werk. Over de betekenis van het sprankelend anarchistische madeliefjes kan nog lang worden gediscussieerd, maar zeker is dat u na de film madeliefjes met andere ogen bekijkt.

Jos van der Burg

MADELIEFJES (Vera Chytilová, Tsjechoslowakije, 1966, Second Run, import).

Kredietcrisisfilm
DE BANKROET JAZZ (Leo van Maaren en Frank Herrebout, Nederland, 2009, Uitgeverij IJzer)
Met goed gevoel voor timing presenteert Uitgeverij IJzer ‘de eerste film over de kredietcrisis’. Een boek met een dvd erbij. Altijd fijn. Het blijkt te gaan om een found footage montagefilm van Leo van Maaren en Frank Herrebout naar een scenario van visionair Paul van Ostaijen. Inderdaad de Vlaamse dichter die fan was van Asta Nielsen en zijn cinegedicht Opdracht aan Mijnheer Zoënzo (1921) begon met de woorden: ‘U zal veel worden vergeven / want / gij hebt veel films gezien.’
Visionair blijft hij, want de ‘kredietcrisis’ die hij in zijn scenario uit begin jaren twintig voorzag is de Beurskrach van 1929. Of toch niet? De bankroet jazz is eigenlijk een revolutionair pamflet om de ‘dadaïstische revolutie’ aan te kondigen. Het beschrijft hoe in een Berlijnse arbeiderswijk een ‘dadaconsortium’ wordt opgericht, dat op de klanken van de jazz eerst Berlijn en dan de rest van Europa aan het dansen krijgt waarop vervolgens de hele wereld op z’n kop staat en over de kop gaat. Banqueroute. Pleite. Zoals ook het tijdschrift heette dat de Berlijnse dadaïsten in die dagen uitgaven.
Vrolijke avant-gardistische kolder dus. En wie niet meer verwacht dan een min of meer één op één vertaling van Van Ostaijens invallen, die beleeft veel plezier aan de film die Van Maaren en Herrebout naar aanwijzing van het scenario uit het archief van het Filmmuseum monteerden. De collagefilm: helemaal dadaïstisch genre nummer 1 natuurlijk. Stiekem zijn de (facsimile) scenario’s van De bankroet jazz en voorloper De jazz van het bankroet in het bijgeleverde boek leuker, swingender, ontregelender.
Dana Linssen

Briljant knutselwerk
ALICE (Jan Svankmajer, Tsjechië, 1988, Moskwood)
“Dit is een… soort kinderfilm”, horen we de stem van Carice van Houten met lichte aarzeling zeggen aan het begin van alice, Jan Svankmajers surrealistische animatieversie van Lewis Carrols Alice in Wonderland.
Enige twijfel is inderdaad geboden. De wereld waarin Alice terechtkomt wanneer ze even wegdroomt in haar met speelgoed, snuisterijen en opgezette dieren volgepropte kinderkamer heeft zijn macabere kantjes. Dierenskeletten die vrolijk tot leven komen, een sok met een kunstgebit en glazen ogen die een rups voorstelt, een punaise die in de jam is verstopt, om een paar voorbeelden te noemen. Alice zelf wordt gespeeld door een meisje, maar door het eten van de befaamde koekjes kan ze zomaar in een pop veranderen.
alice (neco z alenky) was in 1988 de eerste lange film van de Tsjechische kunstenaar Svankmajer. Daarvoor had de overtuigd surrealist met zijn korte werk de communistische censuur al op de kast gekregen. Internationale bekendheid verwierf hij later met (ook door Moskwood uitgebrachte) titels als faust, conspirators of pleasure en otesanek, waarin de menselijke acteurs een grotere rol kregen. In kleine kring geniet Svankmajer een geduchte reputatie. Tim Burton en Terry Gilliam worden als bewonderaars genoemd en Henry Selick zal er bij het maken van coraline ook wel aan hebben gedacht. alice werd in 1989 in Nederland uitgebracht als kinderfilm en is nu voor het eerst op dvd verkrijgbaar.
De met een vleugje satire gekruide belevenissen van Alice en de manier waarop Svankmajer met zijn stop-motionanimatie een opstand der dingen ontketent vormen een vrolijk protest tegen de dictatuur van het rationalisme. Een ode aan de vrije associatie waar de surrealisten zo gek op waren. De grillige stijl van Svankmajers briljante knutselwerk roept bijvoorbeeld herinneringen op aan de collagetechniek van Max Ernst.
Niet speciaal voor kinderen dus, al is er ook niets mis mee om ze er mee te verrassen. Kijkwijzer zegt zes jaar en de heks uit Disney’s sneeuwwitje is minstens zo eng. Alice mag dan af en toe behoorlijk brutaal bejegend worden, ze is niet bang en onderzoekt alles nieuwsgierig en verbaasd. En als een muis op haar hoofd een kampvuurtje wil aanleggen roept ze gewoon: “Dit gaat te ver!”
Leo Bankersen

Geschreven door de Filmkrant