Carte postale de Cannes 9
Donderdag 24 mei 2012
De Filmkrant doet elke dag verslag van het Filmfestival Cannes. Met vandaag: holey moley… eh Holy Motors, oftewel de glorieuze terugkeer van het Franse enfant terrible Leos Carax.
7 Days in Havana is waarschijnlijk niet de meest verheffende van al die episodische stadsfilms die er de afgelopen jaren bij de vleet worden gedraaid van Parijs tot New York en nu dus, geproduceerd door een rumpromotor in Havana. Toch was het groepsinterview met Elia Suleiman en Gaspar Noé, twee van de zeven regisseurs, een van de leukste dat ik hier in Cannes had. Simpelweg omdat ze in het eerste kringgesprek waarin ze de internationale pers te woord stonden nog onbevangen de mythe Cuba konden ontkrachten. De persdame kreeg er lucht van, kwam subtiel in het zicht van de beide heren staan. Maar Suleiman kakelde maar door over hoe hij zich verveeld had en hoe moeilijk het was geweest om een paar televisiebeelden van Castro in de film te krijgen. Van de zomer, als de omnibusfilm ook in Nederland uitkomt meer daarover in de Filmkrant.
Het gesprek van de dag ging natuurlijk over Holy Motors, de eerste speelfilm van het Franse enfant terrible Leos Carax (Mauvais sang, Les amants du Pont-Neuf) na ruim een decennium. Holy Motors kon na z’n eerste persvoorstelling rekenen op een denderend applaus, maar ook op evenzovele afkeurende geluiden over de barokke ‘over the top’-stijl van de film. De film is wild, mythisch en mysterieus. In de openingsbeelden neemt treedt Carax zelf op als een slapende man die in een film of in een droom ontwaakt (of beide) en het publiek meevoert naar een bioscoopzaal die zich achter de muur van zijn hotelkamer blijkt te bevinden.
Holy Motors volgt een door Carax vaste acteur Denis Lavant gespeelde wraakengel die zich gedurende een limousinetocht door Parijs in allerhande vermommingen steekt om iets recht te zetten of te verstoren in de wereld der levenden.
Volgens de twitterende Britse criticus Jonahan Romney is Holy Motors ‘The Brown Bunny of surrealist chic’, verwijzend naar de illustere Cannes-shocker van Vincent Gallo. Vakbladen The Hollywood Reporter en Variety schreven respectievelijk: ‘Completely bonkers’ en ‘certifiably nuts’. Maar in de alternatieve Cannes-poll van de Argentijnse criticus Diego Lerer is de film met een waardering van 8,55 uit 10 (op moment van schrijven) de hoogst gewaardeerde competitiefilm. Daar kunnen we ons hier op dit moment alleen maar bij aansluiten.
Dana Linssen