Weemoed & wildernis

Kijken naar de tijd

Als kind wist Digna Sinke dat jagers gevaarlijk zijn. Als ze schieten ben je dood, en als je dood bent, ben je weg, al snapte ze toen nog niet precies hoe dat zat. Nu wel dan? Een verslag van het maken van nieuwe natuur veranderde in een indrukwekkende overpeinzing over sterfelijkheid: Weemoed & wildernis.

In 1993 werd besloten om Tiengemeten, een klein eiland in het Zuid-Hollandse Haringvliet, terug te geven aan de natuur. Digna Sinke filmde dat proces van 1996 tot 2010, wat drie fraaie televisiefilms opleverde over landschap, landbouw en Nederlandse regeldrift. Die hele periode wordt nu nog eens samengevat in een documentaire voor de bioscoop. Wie deze zou overslaan in de veronderstelling dat het niet meer is dan een compilatie van de drie eerdere films, begaat een grote vergissing.

Dat er bij deze nieuwe montage naar is gestreefd om zo veel mogelijk niet eerder getoond materiaal gebruiken is niet eens het belangrijkste. Ook niet dat de strijd tussen boeren en plannenmakers in deze nieuwe versie wat naar de achtergrond is geschoven. Weemoed & wildernis belicht een kant van de zaak die nog niet eerder aan bod kwam. Nu gaat het ook over het maken van de film zelf, over de persoonlijke betrokkenheid van Sinke en over iets zeer ingrijpends dat niemand kon voorzien.

Weemoed & wildernis geeft veel ruimte om te kijken. Kijken naar de akkers, het water en de slikken. Een liefdevolle blik op de kinderen van Tiengemeten. Zien hoe vaste plekken in het landschap met het verstrijken der jaren langzaam veranderen. Weggetjes die watergeulen worden, een stoere boom die het lang volhoudt maar ten slotte toch bezwijkt, herkenningspunten die verdwijnen.

Geliefde
Bijna terloops voegt Sinke daar haar eigen kanttekeningen aan toe. Dagboekaantekeningen, droge, koppige opsommingen van technische details die door de herhaling iets van een bezwering krijgen, kleine poëtische notities, herinneringen aan haar jeugd op net zo’n eiland. Grappig is het om te zien hoe een haasje ongezien ontsnapt aan de jagers in het veld. Maar als kind wist Sinke al dat jagers gevaarlijk zijn, verbonden met de dood. En dan plotseling, met diezelfde nuchterheid, maar juist daardoor des te aangrijpender, vernemen we wat er tussen het filmen door in het ziekenhuis gebeurt. Sinke’s levenspartner René Scholten, tevens producent van de film, wordt ongeneeslijk ziek en overlijdt in 2001.

Dat is het dus waar al die beelden en overpeinzingen met een grote omtrekkende beweging omheen draaien om zich er ten slotte onverbrekelijk aan vast te hechten. Vanaf dat moment staat het veranderend landschap voor iets heel anders. Dan gaat het over de tijd die verstrijkt zonder dat we het beseffen, over de laatste weg waar je je geliefde niet meer kan volgen, over de betrekkelijke maakbaarheid van het leven.

Juist door die sobere, associatieve opbouw die iedere vorm van opgelegd sentiment vermijdt, is het een heel aparte film geworden waar je als kijker langzaam in kan groeien. Persoonlijk en toch universeel en op een onopvallende manier indrukwekkend. Op het Hot Docs festival in Toronto, waar Weemoed & wildernis eerder dit jaar werd vertoond, noemde een bezoeker het een heel mooie film over rouwverwerking. Daar hoeven we niets aan toe te voegen.