War Horse

Paardentranen

Van hand tot hand gaat het oorlogspaard in War Horse. Zo vaak, dat zelfs regisseur Steven Spielberg het spoor kwijt raakt.

Geen aangrijpender oorlogsbeeld dan het stervende paard. Het dier staat niet voor niets in Picasso’s Guernica. Naar schatting acht miljoen paarden sneuvelden tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het werk van een van de beste chroniqueurs van de loopgravenoorlog, striptekenaar Jacques Tardi, zit vol stervende paarden. In ons collectieve onderbewustzijn is kennelijk niets moeilijker te verteren dan de dood van het edele dier in de door mensen gecreëerde barbarij.

Dat het Spielberg in zijn verfilming van de roman van Michael Morpurgo ook om de waanzin van de oorlog te doen is, blijkt uit het beste moment in War Horse. Terwijl Duitse en Engelse soldaten elkaar wanhopig beschieten vanuit modderige loopgraven en er elk moment een gasgranaat kan ontploffen, vlucht een paard over de linies, galoppeert over Niemandsland en raakt uiteindelijk verstrikt in het prikkeldraad. De scène doet denken aan de landingsscène in Saving Private Ryan, is mooi gefilmd en zou ook zeer aangrijpend zijn geweest, als niet Spielberg zelf tegen die tijd al helemaal verstrikt was geraakt in een steeds verder uitdijend drama zonder focus.

Het paard waarom het draait, is in een opwelling gekocht door de Engelse boer Ted Narracott (Peter Mullan). Een slechte koop, klaagt moeder (Emily Watson) want het prachtdier is ongeschikt voor het ruwe landwerk. Wanneer de Eerste Wereldoorlog uitbreekt, wordt het paard verkocht aan het Britse leger. Kapitein der Cavalerie Nicholls belooft Albert dat hij het dier zal koesteren, maar hij sneuvelt al in 1914. Daarop komt het paard in handen van de Duitse gebroeders Günther en Michael. Ze deserteren, worden geëxecuteerd en het paard belandt bij… Enzovoort en zo verder tot het scenario de lijntjes weer bij elkaar brengt voor een finale vol tranen.

Dit is Spielberg op z’n kitscherigst. Het idyllische platteland waarin Albert opgroeit en waar het alleen regent als dat het scenario zo uitkomt, oogt als Teletubbieland. De zonsondergang in de slotscène doet pijn aan de ogen.

Het had de film allicht nog meer melodramatisch gemaakt, maar zelfs het paard dat de hoofdrol speelt blijft anoniem. Het dier krijgt telkens een andere naam en lijkt nauwelijks over persoonlijkheid te beschikken. Je kunt van Black Beauty zeggen wat je wilt; we zijn z’n naam en ogen in elk geval nooit vergeten.