TWIN TOWN

Demonisch duo neemt wraak

  • Datum 15-02-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films TWIN TOWN
  • Regie
    Kevin Allen
    Te zien vanaf
    01-01-1996
    Land
    Engeland
  • Deel dit artikel

Broertjes op oorlogspad

Met Twin town wordt een dappere poging ondernomen om te bewijzen dat niet alleen in Schotland, maar ook in het perifeer gelegen Wales voldoende talent aanwezig is om de Britse film een enorme opkikker te geven. Met dit drieste debuut wordt het eerste, wat wankele bewijsstuk geleverd.

"I was born in a large Welsh industrial town at the beginning of the Great War — an ugly, lovely town (…)." Deze typering van de kustplaats Swansea, gelegen aan Swansea Bay in het zuidwesten van Wales, is afkomstig van Dylan Thomas. Door de prachtige, lyrische geschriften van de gevierde dichter-bohémien werd Swansea een plek van betekenis. Ter nagedachtenis aan deze grote dichter, die Swansea ’the graveyard of ambition’ noemde, werd in het stadscentrum Thomas’ tekst ‘Ambition is critical’ in het plaveisel gebeiteld.
Twin town is op lokatie in Swansea opgenomen. Als twee agenten op deze tekst stuiten, is dat aanleiding om naar Thomas te verwijzen. En als hedendaagse variant voor Thomas’ ‘ugly, lovely town’ verzint de jongere agent ter plekke ‘pretty, shitty city’. De toon is daarmee aardig gezet. Met Twin town wil scenarioschrijver en regisseur Kevin Allen op geestige wijze een beeld schetsen van het hedendaagse Swansea. Krasse taal verdient dus hoge prioriteit. Cocaïne-deals en Oasis-kapsels doen de rest.

Wraakactie
Op het laatste Filmfestival van Berlijn werd Twin town als de opvolger van het Schotse Trainspotting gepresenteerd. De verwachtingen waren hooggespannen. Danny Boyle en Andrew MacDonald, respectievelijk regisseur en producent van Trainspotting, hadden zich immers als uitvoerend producent aan het project verbonden. In eerste instantie waren zij opgetreden als producent en hadden op basis van het scenario binnen een week de financiering rondgekregen bij PolyGram. Toen de buit eenmaal binnen was en de vriendendienst bewezen, deden ze een stapje terug. Als uitvoerend producent bleven ze weliswaar betrokken, maar hun eigen project A life less ordinary, de échte opvolger van Trainspotting dus, ging nu voor.
Dat Boyle en MacDonald werden gegrepen door het brutale scenario, is begrijpelijk. De uitdagende, stoutmoedige toon van deze inktzwarte komedie komt in grote lijnen overeen met die van Trainspotting. Hier zijn het geen heroïne spuitende junks, maar twee lijmsnuivende, lanterfanterende pubers die ons op sleeptouw nemen. De broertjes, vertolkt door Rhys Ifans, voormalig zanger van de popgroep ‘Super furry animals’ en zijn echte broertje Llyr, zijn zo onafscheidelijk dat ze ’the twins’ worden genoemd. In feite vallen deze broertjes in de categorie kansarme jongeren.
Als Swansea ’the graveyard of ambition’ is, dan zijn de broers daar in ieder geval het levende bewijs van. Met pa en ma, zuslief en het hondje Cantona wonen ze in een caravan met uitzicht op een industrielandschap. Ze spijbelen van school, hangen voor de buis, snuiven lijm en brengen het grootste gedeelte van de dag door met joyriding. Als pa als klusjesman van het dak valt en in het ziekenhuis belandt, gaan de twee kwelgeesten bij de welgestelde opdrachtgever om compensatie vragen. Als deze weigert het leed te vergoeden, is het hek van de dam. Wat volgt is een wraakactie van het demonische duo, die leidt tot een onthoofde poedel en vijf doden.

Shit-heads
Het verhaal van Twin town zit ingeklemd tussen een schitterende en uiterst dynamische openingssequentie, waarin we Swansea vanuit vogelperspectief naderen en we vervolgens op de tonen van Petula Clarks ‘Downtown’ kennis maken met ’the twins’ en de bewoners, en een prachtige slotscène, waarin een gigantisch koor ons op de pier uitgeleide doet en we Swansea via datzelfde perspectief weer verlaten. De inktzwarte komedie die zich tussen openings- en slotscène ontvouwt wordt gedragen door een nagenoeg ‘all Welsh cast’. Het levert een geweldige stoet personages op, maar het zijn er te veel om ze allemaal echt goed uit te kunnen werken. Het is daarbij opmerkelijk dat met name ’the twins’ er maar bekaaid vanaf komen. En dat wreekt zich, want door de eendimensionale karakterisering blijft betrokkenheid achterwege. De constant aangehouden sardonische glimlach belemmert, in relatie met de vele als komisch bedoelde kwaadaardige streken en gewelddadige acties, de nodige identificatie. De ontwapenende pubermentaliteit van Beavis en Butt-head ontbreekt hier, waardoor de ‘shit-heads’ ten allen tijde ‘shit-heads’ blijven. Met als gevolg dat een ver doorgevoerde vorm van nihilisme ook een nihilistische kijkhouding in de hand werkt.
Regisseur Kevin Allen verwart brutaal met bruut. Dat is jammer, want Twin town barst van de energie en zit boordevol weliswaar aan Trainspotting verwante, maar onweerstaanbare, droogkomische scènes. Aan ambitie, zo’n onmisbaar attribuut in Wales, ontbreekt het Allen niet, maar het wankele evenwicht slaat in Twin town door naar rumoer zonder betekenis.

Belinda van de Graaf