THE BLACK DAHLIA

Sporadische sprankeling

  • Datum 06-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films THE BLACK DAHLIA
  • Regie
    Brian De Palma
    Te zien vanaf
    01-01-2006
    Land
    Verenigde Staten
  • Deel dit artikel

Brian De Palma’s the black dahlia gaat over een beroemde Hollywood-moordzaak. Maar wat een indringende film noir had moeten worden, lijkt vaak een parodie op het genre.

Het lichaam van de 22-jarige Elizabeth Short werd op 17 januari 1947 op een leegstaand kavel in Los Angeles gevonden. In tweeën gehakt, haar ingewanden verwijderd en haar mondhoeken doorgesneden van oor tot oor. Vrijwel direct werd de moord opgenomen in Hollywood-folklore. Short was, zoals zo vele jonge meisjes toen en nu, naar Hollywood gekomen om actrice te worden. Door de pers werd ze al snel ‘The Black Dahlia’ genoemd, een verwijzing naar thriller The blue dahlia (1946). De moord is nooit officieel opgelost. Dat spreekt tot de verbeelding en maakt dat in de loop der jaren veel Hollywood-insiders — van studiobazen tot Orson Welles — als verdachte zijn aangemerkt.
Brian De Palma’s vertelling van het verhaal staat eveneens diep in de Hollywood-smurrie, met verwijzingen naar onder andere producent David O. Selznick en komiek Mack Sennett. Maar ondanks de titel heeft the black dahlia slechts zijdelings met de daadwerkelijke moord te maken. De film volgt agenten Dwight Bleichert (Josh Hartnett) en Lee Blanchard (Aaron Eckhart), die beiden geobsedeerd raken door de zaak. Blanchard’s relatie loopt er door op de klippen. Bleichert vangt zijn partners liefje Kay (Scarlett Johansson) op, maar papt ondertussen ook aan met miljonairsdochter Madeleine Linscott (Hilary Swank), een dubbelganger van het slachtoffer.

Parodie
Net als l.a. confidential (1997) is the black dahlia gebaseerd op een boek van James Ellroy. De films spelen zich af in dezelfde plaats en een vergelijkbare tijd: het Los Angeles van de jaren veertig en vijftig, de tijd van de film noir. Beide films hebben ook het uiterlijk van een film noir. Maar waar l.a. confidential overtuigt, lijkt the black dahlia met zijn overdadige luxaflex-schaduwen, spiegels, dubbelgangers en voice-over eerder een parodie op het genre. Wanneer Bleichert, nog uithijgend na een vrijpartij met Madeleine, in bed zijn gleufhoed weer op zet nog voor zij haar sigaret heeft opgestoken, wordt het de kijker wel erg moeilijk gemaakt het personage serieus te nemen.
Dat is toch al lastig. Hartnett en Johansson zijn te schoon, te weinig doorleefd om de wereldmoeie agent en het voormalig gangsterliefje neer te zetten, en Swank’s androgyne uitstraling, die haar zo diende in boys don’t cry en million dollar baby, laat zich moeilijk vertalen naar een verleidelijke ‘femme fatale’. De enigen die echt overtuigen zijn te weinig te zien: Eckhart’s Blanchard schuift gedurende de film steeds verder naar de achtergrond, en Mia Kirshner als het slachtoffer is alleen te zien als lijk en in fragmenten van een screentest van Short.
Deze herhaaldelijk terugkerende screentest is misschien wel het hoogtepunt van de film. Een regisseur, buiten beeld gespeeld door De Palma zelf, bespeelt de jonge actrice, zowel in de fictie als de realiteit. De scène becommentarieert de zwarte kant van Hollywood — de hongerige, obsessieve blik van de filmindustrie, de regisseur, en uiteindelijk ook de kijker. Helaas is het slechts een sporadische sprankeling in een verder afstandelijke en incoherente film, die uiteindelijk met twee (!) uitgebreide slotmonologen alle losse draadjes veel te netjes opruimt.

Joost Broeren