TEAM AMERICA: WORLD POLICE

Kwezelige onderbroekenlol

  • Datum 07-02-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films TEAM AMERICA: WORLD POLICE
  • Regie
    Trey Parker
    Te zien vanaf
    01-01-2004
    Land
    Verenigde Staten/Duitsland
  • Deel dit artikel

South Park-makers Parker en Stone dachten aan wat klosjes garen en een Amerikaanse vertaling van Benny Hills ‘greatest hits’ genoeg te hebben om een scherpe politieke satire te maken.

In de non-descripte megalomanie van het World Fashion Center aan de Amsterdamse westring werd half december een aantal mensen getrakteerd op Team America: World police, een komedie waarin marionetten op kruistocht gaan. Het regende en waaide ijs. Bij de ingang was nog maar net de metershoge neonreclame HUMOR te omzeilen die met een enorme vaart op de stoep te pletter sloeg. In gedachten dan.

Pizzazz
Vrij naar het motto van Blackadders ‘Bank of the Black Monks’ was mijn verwachting van Team America: ‘Laughing with a stab and a smile’. Makers Trey Parker en Matt Stone hadden een naam op te houden als de bedenkers van South Park, de cartoonserie die tussen de toiletgrappen door stiekem ook de ‘eigen portefeuille eerst’-mentaliteit van de Amerikaanse samenleving op de retina brandt. Na vier jaar internationale antiterreurtherapie door Team Bush zou Team America in anderhalf uur de politieke bombast vakkundig fileren.
Waar gaat het om? Thunderbirds op vitriool moeten de wereld redden van een handjevol bebaarde terroristen die het een en ander dreigen op te blazen. Vroeger was dat een eitje maar om verder niet verklaarde redenen is Team America in crisis. De pizzazz, de mojo is weg. Dus wordt ’top gun-actor’ Gary Johnston ingehuurd, nou ja, emotioneel gechanteerd, om zich bij de terroristen ‘een weg naar binnen te acteren’. Als dat lukt, blijken de bebaarde mannen niet het echte brein achter de aanslagen. Dat is Noord-Korea’s beroepsdespoot Kim Jong Il. Maar laat die nou net een internationale vredesconferentie hebben belegd.

As van het Kwaad
Doelwit van Parker en Stone zijn niet terroristen of politici — zoals je zou verwachten — maar de bolsjewieken van het Film Actors Guild (F.A.G.), ideologisch voortgedreven door ’s werelds beste acteur’ Alec Baldwin, die ook al in de eerste South Park: bigger, longer and uncut het slachtoffer werd van Parker en Stone’s Bell Curve-verpletterende intelligentie. Op de achtergrond strompelen wat karikaturen die rechtstreeks uit het As van het Kwaad-handboek van Rumsfeld c.s. zijn overgenomen, maar het échte doelwit is ’the enemy within’, de pratende pravda’s uit Hollywood: de Baldwins, de Tim Robbins en de Helen Hunts, die in hun grenzeloze naïviteit denken dat er met de vijand te onderhandelen valt. "Talking is the F.A.G. way", heet dat in Team America. Ja, dit is satire, en wel slechte satire want die naïviteit wordt zo vaak aangehaald dat het een flauwe pesterij wordt. Het had net zo goed uit de mond van Republicanus Rex Rush Limbaugh kunnen komen.
Over de neoconservatieve behoefte aan meer levensruimte geen woord. Parker en Stone kozen in plaats daarvan voor halfslachtige persiflages op actiefilmconventies om Amerika’s militaire geldingsdrang belachelijk te maken. Halfslachtig, want hoe verder de film vordert, hoe serieuzer het geweld. Aanvankelijk manipuleren ze die conventies als, jawel, poppenspelers, maar richting climax verliezen ze de grip. De knipoog verdwijnt als het een grap op zich wordt om het Hollywood-rapaille zo gruwelijk mogelijk om te leggen. Dat kan niet de bedoeling zijn als je Jerry Bruckheimer-producties wilt kaltstellen. Team America pretendeert actiefilms te parodiëren maar is in feite een ode aan dat geweld. Om geweld te persifleren zijn een stel marionetten met kanonnen simpelweg niet genoeg.
Het enige venijn van de film — maar dat is dan ook meteen erg lekker — zit hem in de musicalparodie ‘Everyone’s got AIDS’ en Sean Penn die zich in zijn ‘de wereld is een veld met lelies’-idioom, van Irak eigenlijk vooral herinnert hoe alle kindertjes in chocolade rivieren speelden. Maar dat heeft dan weer niets met actiefilmconventies te maken.
Ook lekker: de poppen bewegen heerlijk houterig, een beetje zoals pornoster Jeff Stryker in Rosa von Praunheims Can I be your bratwurst, please. Dat Parker en Stone dat uitbuiten door de touwtjes constant helder in beeld te houden en zelfs een bedscène met twee naakte marionetten te filmen, is een kleine verlichting.

Nihilisme
Omdat zowat alles en iedereen aan de schandpaal gaat, zijn de makers moeilijk op een standpunt te betrappen. Zo op het eerste gezicht bespotten Parker en Stone vooral naïviteit. Tegenover de goedgelovige geiten uit Tinseltown staat Team America dat met zijn goedbedoelde geweld overal op de wereld dorpen tegen de grond maait voordat hun tegenstanders dat kunnen doen. Maar de boodschap die overheerst wanneer alle jolijt verdampt, is dat niemand zich met andermans zaken moet bemoeien. Amerika niet met de buitenwereld, Hollywood niet met politiek, en meer algemeen moet iedereen zich in zijn kelder opsluiten en de hele dag naar herhalingen van South Park kijken. Liefst via betaal-tv. Persiflage verbergt hier een gebrek aan emotionele betrokkenheid. Alles wat in de verste verte op een ideaal lijkt, wordt door Parker en Stone belachelijk gemaakt. In de grotemensenwereld heet dat nihilisme, erg populair in het vorige decennium, en Team America komt daarom minstens tien jaar te laat.
Om ons in de stemming te brengen voor die gemankeerde boodschap is de film doorspekt met flauwe grappen. Kim Jong Il verwisselt consequent de L voor de R en hoofdrolspeler Gary Johnston moet na een lange aanloop in de eerste helft van de film dan toch eindelijk een andere man pijpen. Potverdikkie, verlichte humor na veertig jaar seksuele bevrijding. Op het moment dat leeftijdgenoten zich vol overgave in een midlifecrisis storten, genieten Parker en Stone nog van hun verlengde adolescentie, of, in de woorden van schrijver Will Self, van hun ‘stretch limo of the hormones’.

Ronald Rovers