Tampopo

Sensueel slurpen

Zelden werd het slurpen van een kom noedelsoep zo sensueel in beeld gebracht als in de culinaire klassieker Tampopo, de eerste (en enige) noedel-western.

Tampopo is “een behoorlijk zintuiglijke ervaring”, aldus regisseuse Ana Lily Amirpour (A Girl Walks Home Alone at Night) in een kort interview over de Japanse postmoderne klassieker dat dvd-boer Criterion vorig jaar online zette ter ere van ‘national noodle day’. Dat is nogal een understatement: de smaken en geuren spatten van het scherm en ook de sensuele viscositeit van oesters (mjum), noedelsoep (slorp) en eigeel (kreun) wordt door regisseur Jûzô Itami nergens ingehouden.

Tijdens een evenement van Cinema Culinair (ik heb geen aandelen maar ben wel liefhebber dus vooruit, wat gratis promotie) zag ik de film ooit met een gelijktijdig geserveerd diner. Tot op de seconde getimed met de beelden aten we met de personages mee. De ramen van de chefs achter de schermen ontwikkelde zich mee met die van filmheldin Tampopo (Nobuko Miyamoto, de echtgenote van de regisseur): van een slap bakje aan het begin van de film naar een diepe en complexe kom noedelsoep aan het slot.

Mee-eten met Tampopo geeft absoluut een meerwaarde, maar een noodzaak is het niet — Jûzô Itami zorgt met de beelden óók al wel dat je het eten ruikt, proeft en voelt. Daarbij gaat het niet alleen om de meesterlijke ramen die de jonge weduwe Tampopo leert maken van een team specialisten, onder leiding van Gorô (Tsutomu Yamazaki), een truckchauffeur die als een eenzame cowboy haar noodlijdende ramen-shop betreedt. Tampopo’s leercurve vormt de hoofdlijn van wat de regisseur zelf omschreef als een “noodle western“.

De toch al behoorlijk episodische opzet wordt constant onderbroken door allerlei terzijdes die niet of nauwelijks met het verhaal te maken hebben, maar des te meer met het eigenlijke onderwerp van Tampopo: de diepgewortelde relatie tussen eten en alle andere aspecten van het menselijk bestaan, in het bijzonder liefde en lust.

Het resultaat is een film met een heerlijk manische energie, die constant refereert aan andere films (van Chaplin naar Rocky en van western naar film noir) en toch op niets anders in de filmgeschiedenis lijkt. Nou ja, misschien de negen andere films die Jûzô Itami maakte voor hij in 1997 op 64-jarige leeftijd zelfmoord pleegde, maar die zijn nog veel moeilijker te vinden dan Tampopo lange tijd was. Daar is nu in ieder geval verandering in gekomen, dankzij de 4K-restauratie die nu in de Nederlandse bioscoopzalen én via Picl.nl online te zien is. Een film om van te watertanden.