REGENERATION

Gillies MacKinnon: Eerst de oorlog, daarna de zon

  • Datum 11-01-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films REGENERATION
  • Regie
    Gillies MacKinnon
    Te zien vanaf
    01-01-1997
    Land
    Engeland/Canada
  • Deel dit artikel

Regeneration: ver verwijderd van het front worden de waanzinnige gevolgen van de oorlog geopenbaard

Kort na elkaar verschijnen twee films van de Schotse regisseur Gillies MacKinnon in de bioscoop: Hideous kinky, waarin Kate Winslet een hippie-moeder speelt, en Regeneration, een wonderschone, maar donkere film over de Eerste Wereldoorlog. De Schot raadt wel aan de films toch vooral in de juiste volgorde te gaan bekijken: "Eerst de oorlog, daarna de zon".

De oorlog, dat zijn de Franse loopgraven uit de Eerste Wereldoorlog, zoals zo indrukwekkend verbeeld in Regeneration. En de zon, dat is de Afrikaanse zon, zoals hij in Hideous kinky onafgebroken straalt op het gelaat van Kate Winslet. De Engelse actrice is voor het eerst sinds Titanic weer te zien op het witte doek, als de bruingebrande Engelse hippie-moeder Julia die samen met haar twee dochtertjes Bea en Lucy haar geluk beproeft in Marokko, in de jaren zeventig hét toevluchtsoord voor Europese bloemenkinderen.
De Titanic-ster heeft daarmee voor een kleine onafhankelijke film gekozen en MacKinnon (51) prijst zich zeer gelukkig, verklaart hij vanuit zijn huidige woonplaats Londen in een telefoongesprek. Hij haast zich wel te zeggen dat de keuze voor Winslet niets te maken had met Camerons megasucces; vóór de uitbreng van Titanic had hij haar al gevraagd om zijn Julia te worden. Hij omschrijft haar als een moedig actrice die haar nek durft uit te steken en die risico’s neemt in haar vertolkingen. "I needed such a brave woman for Julia", zo verklaart MacKinnon in onvervalst rollend Schots. "Alle bombarie rond Titanic was behoorlijk gecompliceerd voor haar en ze wilde dan ook per se een kleine film maken, met de intimiteit van een kleine cast en crew." Lachend voegt MacKinnon eraan toe dat het een wel hele intieme opnameperiode werd, want Winslet trouwde niet veel later met James Threapleton, de derde regie-assistent. Voor MacKinnon betekent het huwelijk een kleine triomf voor de film.

Spoken
Evenals Winslet was MacKinnon met Hideous kinky toe aan iets totaal anders. Met Regeneration had hij immers een behoorlijk donkere film gemaakt, een film die hem ertoe had genoopt letterlijk de zon op te zoeken. Was de Tweede Wereldoorlog met films als Saving private Ryan en The thin red line het afgelopen jaar favoriet bij de Amerikanen, de Schot ging voor Regeneration terug naar de Eerste Wereldoorlog, de oorlog van zijn grootvader. Niet letterlijk, want de gruwelen van de oorlog spoken bij MacKinnons frontsoldaten voornamelijk door het hoofd en daarmee bleef de regisseur de op ware gebeurtenissen gebaseerde anti-oorlogsroman van de Engelse schrijfster Pat Barker trouw.
In de buurt van het Schotse Edinburgh is een heerlijk herfstig landgoed ingericht als hospitaal. Anno 1917 druppelen hier talloze geestelijk gewonde soldaten en officieren binnen waaronder ook loopgravendichters als Siegfried Sassoon en Wilfred Owen, allen afkomstig van het Franse front en allen geplaagd door ‘shellshocks’ en nachtmerries waarin verminkte kameraden en rondsuizende granaten de dienst uitmaken. Dokter Rivers, gespeeld door een mooi ingetogen Jonathan Pryce, wordt beschouwd als de buitenstaander, als degene die de gruwelen niet aan den lijve heeft ondervonden. Zijn inlevingsvermogen is echter zo groot, dat hij nota bene dezelfde ziekteverschijnselen gaat vertonen als zijn patiënten.
Regeneration is daarmee een krachtig psychologisch portret van een gehavend gezelschap, gevangen in wonderschone beelden. Ver verwijderd van het front worden de waanzinnige gevolgen van de oorlog geopenbaard, maar helemaal weglaten kon MacKinnon de oorlogshandelingen ook weer niet.
MacKinnon: "Pat Barker volstaat in haar roman met een psychologische uitwerking van de oorlog. Dat maakt haar verhaal zo speciaal. Begrijp me goed, er zijn prachtige oorlogsfilms gemaakt als All quiet on the western front en Paths of glory, maar wat me zo aanspreekt in Barker is dat ze zich niet richt op het oorlogsspektakel, maar op de geest. Ik voel eerlijk gezegd ook meer verwantschap met Terrence Malick dan met Steven Spielberg, hetgeen niet wegneemt dat ik het als filmmaker wel belangrijk vond om via spaarzame ‘flashbacks’ naar het front te gaan en de vreselijke herinneringen te visualiseren. Dat is dan weer het mooie van film, dat je de beelden die verstopt zitten in het hoofd en die anders alleen toegankelijk zijn voor die ene persoon, kunt tonen."

Troetelkind
We mogen trouwens van geluk spreken dat Regeneration de Nederlandse bioscoop heeft gehaald. Een paar maanden geleden leek de film met een enkeltje videotheek nog hetzelfde trieste lot beschoren als Trojan Eddie (1996), zijn Ierse nomadendrama waarin Richard Harris als een Godfather-achtige zigeunerkoning in de clinch lag met de meer stadse titelvertolker Stephen Rea. Op Schotse bodem was MacKinnons Ierse uitstapje goed ontvangen, zeker op het filmfestival van Edinburgh dat het Schotse troetelkind al tot twee keer toe beloonde met de Michael Powell Award. Zowel voor The grass arena (1991) als voor Small faces (1995) ontving MacKinnon in Edinburgh de prijs voor de beste Britse film van het jaar.
Nu zijn de Schotten niet bepaald gespeend van enig nationalisme, maar ook op Nederlandse bodem werd met name zijn stijlvolle fotografie en ook zijn opvallende acteursregie eerder geprezen; voor Small faces, waarin MacKinnons toch wat grauwe geboorteplaats Glasgow veranderde in een oogverblindende, door jeugdbendes geteisterde ‘Großstadt’ uit de jaren zestig, ontving hij op het Filmfestival Rotterdam al eens een Tiger Award. Ook is MacKinnon deze zomer op uitnodiging van het Amsterdamse Maurits Binger Film Instituut maar liefst tien dagen lang te gast als docent.
"Ere wie ere toekomt", zegt MacKinnon, en daarmee bedoelt hij dat zijn films met name het resultaat zijn van een hecht driemanschap. "Met John DeBoreman, mijn cameraman, werk ik heel nauw samen, maar ook met mijn set-designer. De regisseur, de cameraman en de set-designer gaan te werk als een drie-eenheid. We bespreken van tevoren uitgebreid hoe een film er uit moet zien. Dat doen we aan de hand van schilderijen en foto’s die ook tijdens de opnamen belangrijke referentiepunten vormen. Voor Hideous kinky was het overduidelijk Matisse die als inspiratiebron werd gebruikt. Voor Regeneration hebben we veel oude foto’s bekeken en voor een film als Small faces hadden we genoeg aan Hopper."

Exotisme
In Small faces vormde de kinderlijke onschuld en vooral het verlies ervan een belangrijk thema. ‘Songs of innocence and of experience’, ze keren steeds weer terug in MacKinnons films. In Regeneration is het zonneklaar, de oorlogstrauma’s die de jonge mannen aan het front hebben opgelopen, hebben hen voorgoed uit de droom geholpen. In Hideous kinky reist Julia haar gevoel achterna, de zon tegemoet, weg uit het regenachtige Engeland waar de dichtende vader van haar twee dochtertjes niet de liefde van haar leven is gebleken. In Marokko denkt ze het paradijs op aarde te vinden en als er dan ook nog een prins genaamd Bilal opduikt, lijkt het sprookje compleet.
Machtig is dat Afrikaanse exotisme wel, zeker voor de zusjes voor wie MacKinnon een kleurrijk universum heeft opgetrokken dat geleidelijk aan, beetje bij beetje, toch begint af te brokkelen. We volgen het allemaal door de ogen van het jongste meisje, geheel in overeenstemming met het autobiografische romandebuut van de Engelse schrijfster Esther Freud, ooit zelf het dochtertje van een avontuurlijk ingestelde hippie-moeder. Het is volgens MacKinnon moeilijk te verklaren dat hij de psychologische diepgang duidelijk bij twee vrouwelijke Britse auteurs, Pat Barker en Esther Freud, heeft gevonden. Het is niet zo dat hij alleen vrouwelijke auteurs leest, maar voor hem raken ze toevallig wel de kern waar hij in zijn films naar op zoek is.
MacKinnon: "De verhalen spreken mij aan omdat het in zekere zin psychologische studies zijn. Toch moet er ook een persoonlijke verbintenis zijn. De Eerste Wereldoorlog lijkt wat dat betreft wat ver weg, maar ik kan me herinneren dat ik als klein jongetje in Glasgow groot ontzag had voor al die mannen die zo oud waren als mijn grootvader en die in de Grote Oorlog hadden gevochten. Die mannen waren beschadigd in de oorlog, dat wist ik door de verhalen, en ik voelde me daar schuldig over. Ook was ik geobsedeerd door een Duitse helm die mijn grootvader uit de oorlog had meegenomen en die mijn grootmoeder op zolder had verstopt. Tijdens mijn jeugd fungeerde die helm als een soort geest en ik denk dat ik met die geest uiteindelijk toch ook een keer moest afrekenen.
"En met het verhaal van Esther Freud voelde ik me ook aardig verwant. In 1972 ging ik voor het eerst naar Afrika, als een bebaarde jongeman reed ik er rond in een oud busje. In 1976 ben ik teruggegaan naar Afrika en ik ben toen een half jaar lang op sleeptouw genomen door een Afrikaanse stam, dwars door de Sahara en door Ghana. Het was voor mij een belangrijke reis. Die hippie ben ik dus zelf geweest en misschien, heel misschien had ik die loopgravendichter ook wel willen zijn."

Belinda van de Graaf