Raw

Kannibalisme en coming-of-age

Raw

Na de revival van zombies en vampiers, is het nu tijd voor de terugkeer van het laatste taboe: de menseneter. Het Franse feministische kannibalistische sprookje Raw verlustigt zich aan rauw mensenvlees.

Dat er tijdens vertoningen van Raw (Grave) mensen zijn flauwgevallen verbaast me niets. Dit feministische kannibalistische sprookje is er niet voor de teerhartigen. Regelmatig heb ik tijdens het kijken naar het debuut van de Franse Julia Ducournau een kreet van afgrijzen moeten onderdrukken en tussen mijn vingers door naar de schranspartijen op het doek zitten kijken. Niet dat dat de gruwelen minder erg maakt. Maar het gaat om het idee dat enge dingen minder eng zijn als je er niet helemaal goed naar kijkt. Totdat er op een gegeven moment een scène in de film zit waardoor je even moet controleren of je zelf al je vingers nog hebt. Alsof de wereld van de film zomaar even een hap uit jouw eigen werkelijkheid heeft genomen.

Verder valt het met de daadwerkelijke vleeslust in de film eigenlijk wel mee. Het gaat vooral om de voortreffelijke manier waarop Ducournau, even spaarzaam als effectief, in elke scène de suggéstie wekt dat er nog iets veel afschrikwekkenders aan de hand is dan je daadwerkelijk te zien krijgt. De film is zo verduiveld suggestief dat je er langzaamaan paranoïde van wordt. Gebeuren al die dingen die je denkt te zien wel echt? Alsof je door even met je ogen te knipperen een heel andere film te zien krijgt. Over een meisje dat gaat studeren. Gewoon. Zoals in die duizenden andere films.

Gehaktballetje
Het begint al in een van de eerste scènes als hoofdpersoon Justine wordt geïntroduceerd terwijl ze met haar ouders bij een wegrestaurant een bord eten bestelt. Ze zijn onderweg naar de veeartsenijschool waar Justine binnenkort met haar studie zal beginnen en waar ook haar oudere zus Alexia voor dierenarts studeert. Dan vindt ze een gehaktballetje in haar bord puree, en dat wekt zoveel weerzin op, dat je meteen voelt dat er meer aan de hand is. Dit is niet de gewone weerzin van iemand die niet aan de smaak van vlees gewend is of die walgt van de gedachte een dood dier te moeten eten. “Je had wel allergisch kunnen zijn”, zegt haar moeder. Dus dat is het ook niet.

Na de revival van zombies en vampiers, is het nu tijd voor de terugkeer van het laatste taboe: de menseneter. Zombies en vampiers vertegenwoordigen als het ware nog diverse gradaties van menselijkheid, de angst die we voor hen voelen is gekoppeld aan tragiek en romantiek. De kannibaal is per definitie menselijk, maar ontmenselijkt zichzelf door zich met zijn eigen soort te voeden. Het tast de band aan die een individu met zijn eigen lichaam voelt. Als je je eigen soort kunt opeten, vernietig je uiteindelijk ook jezelf. Voer voor vermaak. De afgelopen jaren kreeg Hannibal Lecter zijn eigen serie en Netflix produceerde onlangs de horrorsitcom The Santa Clarita Diet (2017-19). Terwijl Eli Roth probeerde het Cannibal Holocaust-genre van de jaren zeventig en tachtig nieuw leven in te blazen met The Green Inferno (2013).

Initiatierite
Waar die laatste film vooral moet worden gezien in de traditie van de representatie van de kannibaal in relatie tot het kolonialisme, rondom vragen over toe-eigening, assimilatie en transformatie als spijsverteringskringloop, zoekt Raw het meer in de seksuele metafoor. Net als zoveel genrefilms is het in feite een coming-of-age-verhaal over hoe heftig en angstaanjagend het kan zijn om volwassen te worden: een proces dat iedereen behalve jouzelf gemakkelijk af lijkt te gaan.

Raw legt op meer dan één manier de link tussen kannibalisme en een ontgroeningsritueel, een initiatierite. Justine’s bloeddorst (zou het toeval zijn dat ze dezelfde naam heeft als De Sade’s beroemde deugdzame heldin?) wordt gewekt op het moment dat ze als onderdeel van de ontgroening een rauw konijnenlevertje moet eten en veroorzaakt niet geheel toevallig ook samen met een algehele fysieke transformatie (ze vervelt als een slang), haar seksuele ontwaken en ‘vleselijke’ ontmaagding. Seks en shoarma gaan hand in hand.

Ducournau speelt met de aloude angst voor de seksueel actieve vrouw, en de verschillende ‘bloederige’ transformaties die het vrouwenlichaam elke maand en gedurende haar leven doormaakt. Daarin zien we natuurlijk de erfenis van Stephen King en Brian De Palma’s Carrie (1976), bij wie de telekinetische krachten ontbrandden op het moment dat ze begon te menstrueren. Maar Ducournau is niet alleen een vrouw, maar ook vooral van een andere generatie, waardoor ze de vrees voor dat zogenaamd mystiek vrouwelijke zowel kan becommentariëren als schaamteloos inzetten voor het dramatische horroreffect. De film is vaak heel geestig, maar de grap zit niet in de schrik, maar in de ernstig uitgespeelde absurditeit van de situatie.

Vleesverslaving
Ducournau’s film staat zelfbewust in de filmgeschiedenis. Raw past deels in de traditie van David Cronenbergs body horror, waarin de ‘vreemdheid’ van het eigen en andermans lichaam alleen overwonnen kan worden door het extreem en radicaal te ‘incorporeren’. En natuurlijk heeft de film overeenkomsten met het arthouse-kannibalisme van Claire Denis’ Trouble Every Day (2001), die erotische intimiteit vertaalt naar het verlangen om iemand te willen verorberen. Terwijl Raw ook doet denken aan de manier waarop in een recente kannibalenfilm als We Are What We Are (zowel het Mexicaanse origineel uit 2010 als Jim Mickle’s remake uit 2013) menseneten een manier is om de solidariteit in een familie te bewaren. Het vervult ook in Raw de dubbele functie van zowel een verschrikkelijk geheim als een manier om te verzekeren dat datzelfde geheim niet naar buiten zal komen.

Je zou Raw ook kunnen bekijken als een film over eten en eetstoornissen. Het beeld verlustigt zich aan Justine’s kauwen en kluiven, smakken en slikken. De keerzijde van haar bingen en braken is langzame fysieke aftakeling en een nog grotere vleesverslaving. Hardcore vegetariërs zullen plezier hebben bij de gedachte dat de film ook het adagium dat wie vlees eet een beest wordt letterlijk neemt. Talloze shots van half-bewusteloze dieren worden afgewisseld met shots van Justine die op handen en voeten toegeeft aan haar behoefte aan vlees. Bijna high zit zij op een gegeven moment aan een vinger te knabbelen en te sabbelen, orgastisch, zoals een gourmet het merg uit zijn botjes zuigt.