OSSOS

Slaapwandelend door Lissabon

  • Datum 05-01-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films OSSOS
  • Regie
    Pedro Costa
    Te zien vanaf
    01-01-1997
    Land
    Portugal
  • Deel dit artikel

Een baby wordt te vondeling gelegd in de wijk Estrella d’Africa

Ossos (‘botten’) luidt de titel van de derde speelfilm van de Portugese filmmaker Pedro Costa (1959). Een goedgekozen naam voor een film die zich afspeelt in een arme immigrantenwijk in Lissabon waar het leven is teruggebracht tot overleven. Ossos is een verontrustende film over lamgeslagen, apathische personages, die van de toekomst niets hebben te verwachten.

Met de traditionele arbeidersklasse weten filmmakers wel raad. Ken Loach en Mike Leigh werden er groot mee, maar ook jonge filmmakers laten zich nog inspireren door het leven van fabrieksarbeiders. Opmerkelijk is dat dit sociaal-realistische genre zelden deprimerende films oplevert. De kapitalistische uitbuiting mag nog zo groot zijn, in films behouden arbeiders en hun gezinnen altijd een flinke dosis vitaliteit en humor. Als er geen brood meer kan worden gekocht, zijn er altijd wel solidaire buren, die een sneetje over hebben. En als die buren er niet zijn, wil de kruidenier met een begrijpend knikje wel poffen. In het uiterste geval brengt diefstal uitkomst. Het leven aan de donkere kant van het kapitalisme is zwaar maar er valt ook veel te lachen, leren deze films.
Dat zich onder de arbeidersklasse inmiddels een groep bevindt voor wie het leven nog veel kanslozer is, is (nog) niet tot veel filmmakers doorgedrongen. Deze zogenaamde vierde wereld bevat mensen die niet in de traditionele categorieën passen, zoals uitgeprocedeerde asielzoekers, illegale immigranten, op straat gezette psychiatrische patiënten en dak- en thuislozen. Anders dan traditionele arbeiders hebben deze mensen behalve hun armoede niets gemeenschappelijks. De staat heeft van hen dan ook weinig te vrezen. Hun gebrek aan perspectief ontlaadt zich niet in een woedende protestbeweging maar in apathie en desinteresse. Ossos biedt een ontluisterende blik in deze nog nauwelijks gekende, van de rest van de samenleving geïsoleerde wereld.

Gezichtsuitdrukkingen
Ossos speelt zich af in een van Lissabons armste getto’s, namelijk Bairros dos Fontaínnas, een wijk die door het grote aantal Afrikaanse immigranten dat er zijn toevlucht heeft gezocht, spottend Estrella d’Africa (‘Ster van Afrika’) wordt genoemd. De film volgt een jong stel dat niet in staat is om hun pasgeboren baby te voeden. Als ook bedelen onvoldoende soelaas biedt, probeert de jonge vader zonder medeweten van de moeder het kind te verkopen. Na veel geleur met de baby laat hij het achter bij een prostituée, waarna de wanhopige moeder op zoek gaat naar haar kind.
Het is een plot die doet denken aan de melodrama’s uit de tijd van de zwijgende cinema. Evenals in deze films ontbreekt in Ossos elke psychologisering en wordt de dramatische informatie via handelingen en gezichtsuitdrukkingen meegedeeld. Over het verleden en de denkwereld van de personages komen we niets te weten. Ook met het spaarzame gebruik van dialogen roept Ossos de zwijgende cinema in herinnering. De film leunt dan ook vooral op de fotografie en de acteurs. Costa, die als voorbereiding op zijn film een jaar veelvuldig in Bairros dos Fontaínnas was te vinden, plukte de meeste acteurs van de straat, waarbij een filmgeniek gezicht een grote rol speelde. Dat is niet ten onrechte, want de film bestaat voor een groot deel uit lang aangehouden close-ups. Dat levert veel in de leegte starende blikken op van personages die van het leven niets meer verwachten.

Levende doden
Ossos is een film die veel geduld van de kijker vraagt, maar wie dat opbrengt ziet een door de apathische, bijna autistische houding van de personages zeer verontrustende film. Anders dan in veel sociaal-realistische films is elk verzet bij de personages in Ossos uitgedoofd. We kijken naar mensen bij wie de band met de samenleving volledig is doorgesneden. Het zijn mensen die niet meer bereikt worden door de hulptroepen van het maatschappelijk werk en arbeidsbureau’s. Zij leven in een schemerzone tussen leven en dood en zijn zich nauwelijks bewust van hun bestaan, laat staan van de mogelijkheid dat zij hun leven een andere richting zouden kunnen geven. Zij zijn slaapwandelaars die door niemand meer gewekt kunnen worden.
Ossos is een kwetsbare film die gemakkelijk kan worden afgedaan als pathetisch. Een filmmaker die zijn hoofdpersoon drie keer de gaskraan laat opendraaien in een poging om zelfmoord te plegen, maakt het criticasters gemakkelijk. Ook de oogstrelende esthetiek (hebben we daar niet weer een mooie close-up in claire obscure?) zorgt voor kritische munitie. Wie op deze zwakheden de nadruk legt, mist echter de pointe. Ossos is een kunstzinnige verbeelding van een nog nauwelijks gesignaleerde vorm van uitzichtloos leven. Stilistisch maar ook qua strekking vertoont de film veel verwantschap met het werk van de Litouwer Sharunas Bartas en met name diens film The corridor. Ook in die film staren de personages ons als levende doden aan. Het zijn blikken die in hun leegheid confronterend werken. De films van Bartas en Costa stellen ons voor een nieuw probleem: hoe kijk je naar mensen die psychisch en sociaal dood zijn?

Jos van der Burg