No Place for a Rebel

Opono kan de boom in

  • Datum 11-10-2017
  • Auteur
  • Gerelateerde Films No Place for a Rebel
  • Regie
    Maartje Wegdam, Ariadne Asimakopoulos
    Te zien vanaf
    01-01-2017
    Land
    Nederland
  • Deel dit artikel

Oeganda moedigt soldaten uit het rebellenleger van Joseph Kony aan te ontsnappen en terug te keren naar huis. Documentairemakers Maartje Wegdam en Ariadne Asimakopoulos zochten een van hen op.

Soms heeft Opono Opondo zin om even in een boom te klimmen. "Kom eens naar beneden", roept zijn neef lachend, wanneer die hem motorrijles wil geven. Volgens hem is dat boomklimmen een gevolg van jarenlang verblijf in de bush. Een grap met een grimmige achtergrond, want toen Opono tien jaar was werd hij ontvoerd door het beruchte Oegandese Verzetsleger van de Heer van Joseph Kony. Deze rebellengroep heeft veel gruwelijkheden op zijn kerfstok en was met name gespecialiseerd in het gebruik van kindsoldaten. Een schokkend verhaal, maar Maartje Wegdam en Ariadne Asimakopoulos willen met hun documentaire iets anders vertellen. No Place for a Rebel gaat over wat daarna komt.
Na zestien jaar — Kony is inmiddels uit Oeganda verdreven — wist Opono te ontsnappen. Een amnestiewet maakt het mogelijk dat voormalige rebellen hun plaats in de samenleving weer innemen. In werkelijkheid is het een moeizaam proces waarbij, als ik het goed heb begrepen, de Oegandese regering de teruggekeerden grotendeels aan hun lot overlaat. En, afgaande op de beslissing die Opono aan het eind neemt, misschien wel misbruik van ze maakt.
Dat bredere kader wordt met nieuwsflarden wel aangestipt, maar Wegdam en Asimakopoulos houden het kleiner en persoonlijker — op zich een goede keus. Hoe vergaat het Opono? Hij leert voor timmerman, krijgt goede raad van zijn oom en met zijn vriend Tabuleh, die al eerder ontsnapte aan de greep van Kony, kan hij het goed vinden. Maar hij zit ook vaak met afwezige blik aan de kant en houdt tegenover anderen het liefst zijn mond.
Om te verduidelijken wat er speelt grijpen de makers terug op een betrekkelijk conventionele formule. Tussen de betrekkelijk losse impressies door laten ze Opono en anderen vertellen wat er aan de hand is. Zo worden we bijgepraat en kunnen we met Opono gaan meevoelen.
Pijnlijk is vooral het feit dat Opono’s vader hem, als mogelijke moordenaar van zijn dorpsgenoten, niet meer wil zien. Het huidige leven is voor Opono geen bevrijding, en dat hij dankbaar zou moeten zijn voor de vergiffenis die de regering zogenaamd schenkt zit hem ook dwars. Was hij immers als onschuldig kind niet met geweld ontvoerd?
Toch is er ook veel dat ongrijpbaar blijft. Wordt Opono door bijna iedereen afgewezen? We nemen het aan, al zien we het niet. En waarom heeft zijn vriend kennelijk wel zijn draai gevonden en hijzelf als veelbelovend timmerman niet? Op zulke momenten had de film best strakker en concreter mogen zijn, al blijft het mooi dat een grote tragedie in de vorm van een bescheiden en nuchter portret is gegoten.

Leo Bankersen