Morisot — Moed, storm en liefde

Regisseur op feministische missie

Kan een negentiende-eeuwse vrouwelijke kunstenaar als hedendaags rolmodel dienen? Regisseur Klaas Bense weet zeker van wel.

Klaas Bense schafte op een veiling een portret van een mysterieuze brunette aan, las de naam ‘Berthe Morisot’ op de achterkant en begon een filmische zoektocht naar zowel de herkomst van het schilderij als de dame in kwestie. Een duidelijk antwoord krijgt hij niet: de biograaf, achterkleinzoon, kunstexpert en andere kenners die Bense vraagt om het doek te analyseren, twijfelen allemaal of zij het wel is, dan wel gemaakt heeft. Andere schilderstijl, andere haardracht — de argumenten stapelen zich op, en vooral Morisots achterkleinzoon lijkt plaatsvervangend gegeneerd over het feit dat Bense een fake in handen lijkt te hebben.
Bense zelf weigert om het zo te zien: hij voltooide met zijn film een eerbiedig portret van een benard kunstenaarsleven — uitgebreider en ambitieuzer, maar niet wezenlijk anders dan een gemiddeld kunstuur op tv. Berthe Morisot (1841-1895) mocht als dochter van de haute bourgeoisie niet zonder chaperonne de straat op, laat staan zelfstandig kunstenaar worden; haar leven lang had ze geen eigen atelier en borg ze haar gerei op in een kast in de woonkamer. Toch lukte het haar om, via het kopiëren van oude meesters in het Louvre, te exposeren in de Salon van Parijs en aansluiting te vinden bij de rebellenclub van de impressionisten, die het dagelijks leven zoals het zich voordeed trachtten vast te leggen.
Een huwelijk stelde Morisot zo lang mogelijk uit, totdat Eugène Manet, de eveneens schilderende broer van Édouard, zich aandiende als de minste van alle kwaden. Haar zus Edma, ook een artistiek talent, was haar voorgegaan; in 1875 schildert Berthe haar terwijl ze weemoedig in de wieg van haar eerstgeborene kijkt, symbool van conventie. Berthe zelf beleeft het anders: na de geboorte van dochter Julie in 1878 wordt ze overspoeld door liefde, haar oogappel wordt haar favoriete model. De twijfels over de kwaliteit van haar werk blijven haar kwellen tot haar vroege dood aan een longonsteking op 54-­­jarige leeftijd.
Uit dit korte résumé valt al op te maken dat het leven van Morisot niet in een simpel feministisch frame te vatten valt, maar ook hier geeft Bense zich niet gewonnen: hij presenteert haar als symbool, rolmodel voor alle vrouwen die voor gelijke kansen vechten. Tegenover het leven binnenskamers van de negentiende-eeuwse bourgeoisie stelt hij romantische beelden van het Parijs van nu, met vrouwen in jurkjes en meisjes op skateboards. Een prominente rol krijgt rapster Cayenne, die een nummer aan Berthe Morisot opdroeg; verbeten, arrogant, vrij na zeven maanden gevangenis én zes maanden zwanger.
Hoe goed bedoeld ook, dit idealistisch raamwerk komt wat star en geforceerd over. Bense droomt van een vrouwenwereld die mooier is dan ze in werkelijkheid zou worden. Van Morisot valt ook te leren dat werk niet automatisch een bron van geluk is, en elke bevrijding relatief.

Sandra Heerma van Voss