MONTE CARLO (Norbert ter Hall)

Despotische weduwe in een Mercedes

Kitty Courbois en John Wijdenbosch

Monte Carlo is de bestemming van de witte Mercedes waarin een dame op leeftijd nog eenmaal van het leven wil genieten. Dat ze niet op kan schieten met haar zwarte chauffeur is niet de enige voorspelbare ontwikkeling in het verhaal.

Een authentieke witte Mercedes Benz 230S uit 1966. Zes cilinders, 160 PK, mechanische brandstofinjectie. Een topsnelheid van 180 kilometer per uur.
Hiermee wil de snobistische weduwe Van Tuyl van Serooskerken (Kitty Courbois) uit nostalgie nog één keer een reis naar het Franse Monte Carlo ondernemen. Haar opportunistische zoon heeft echter weinig behoefte om een week met het vrouwelijke equivalent van Archie Bunker op te trekken en regelt een jonge zwarte chauffeur (John Wijdenbosch) om tegen flinke betaling de ondankbare taak op zich te nemen. "Moet ik met dát soort in de auto? Dan kan je me net zo goed op een veewagen zetten!" bitst de kenau bij hun eerste ontmoeting.
Het concept van twee tot elkaar veroordeelde tegenpolen die langzaam maar zeker nader tot elkaar komen is weinig verrassend: het aantal variaties ervan dat in elk mogelijk genre al eens op het witte doek is uitgeprobeerd is legio. De vergelijking trekken tussen Monte Carlo, dat geproduceerd is in de serie No More Heroes, en Driving Miss Daisy, waarin een joodse dame en haar zwarte chauffeur tegen wil en dank vrienden worden, is eigenlijk ook te makkelijk, en valt in vrijwel alle opzichten uit in het nadeel van Monte Carlo.

Despotisch
De eerste lange film van scenarist Robert Alberdingk Tijm en regisseur Norbert ter Hall blijft continu aan de oppervlakte hangen, zodat enige verbondenheid met de karakters — toch een vereiste in dit soort dramafilms — het grootste deel van de 75 minuten die de film duurt helaas achterwege blijft. De dialogen beginnen scherp en grappig, maar zodra zich iets van gevoel ontwikkelt tussen het tweetal, verliezen de gesprekken gaandeweg hun kracht en geloofwaardigheid.
Het gebrek aan herkenning in de karakters schuilt ook in de overdreven toon waarmee ze door de twee acteurs worden neergezet. De inmiddels 64-jarige Courbois schmiert er lustig op los als net iets te hard pratende despotische dame en Wijdenbosch moet erg uitkijken niet te blijven hangen in het jolige kleurlingcliché dat in Costa! uitstekend paste, maar in Monte Carlo de plank vaak mis slaat. Maar wellicht dat dit ook ligt aan de stereotiepe achtergrond van diefstal, doodslag en drugs die het script de diep in zijn hart natuurlijk goudeerlijke jongen meegeeft.
Het is jammer dat de bij vlagen uiterst charmante film niet geworden is wat hij — op basis van de uitstekend verzorgde productie — had kunnen zijn. Scenarist Alberdingk Tijm leverde eerder ijzersterke jeugdseries als ‘De Daltons’ en ‘Zeeuws Meisje’ af en bewees ook met een aantal afleveringen van ‘All Stars’ uitstekend met verhalen van een half uur uit de voeten te kunnen.
Dat Monte Carlo ondanks zijn tekortkomingen de beste Nederlandse roadmovie ooit gemaakt is lijkt me, met slechts het monsterlijke The delivery als concurrent, een magere overwinning.

Robbert Blokland