Life of Pi

God, dank u voor mezelf!

Life of Pi is een religieuze film met bijbehorende logica. En dus dankt de hoofdpersoon God op zijn knieën — ook al zinkt op de achtergrond zijn familie naar de diepte.

In de documentaire Brieven aan God (2000) van Vuk Janic worden twee gezinnen vergeleken. In het ene gezin hebben de ouders hun geloof in God verloren omdat hun gezonde zoon, een geoefend zwemmer, volkomen onverwachts verdronk in een zwembad. Hoe kan een goede God zoiets laten gebeuren? In het andere gezin wordt God juist de hemel in geprezen, omdat hun peutertje dat van het balkon af tuimelde werd opgevangen door een toevallige voorbijganger. Prijs de Heer, die ons zijn engel stuurde!

Het is het wezenlijke opportunisme van religie, het egocentrisme ook, waarbij God wordt geprezen omdat hij jou heeft geholpen. Het leed van ontelbare anderen moet je op dat moment maar even vergeten. Het is de arrogantie van de voetballer die na afloop van een gewonnen wedstrijd het kruisje om zijn nek kust — God neemt de moeite hem te laten winnen. En dus de ander te laten verliezen.

Ik erger me vooral aan de deemoed die zo iemand demonstreert door niet zichzelf maar Hogere Machten voor zijn geluk te prijzen. Die deemoed verhult een superioriteitsgevoel: God staat aan mijn kant. En het wordt helemaal onuitstaanbaar wanneer deze valse bescheidenheid wordt gepaard aan religieuze zendingsdrift.

Ook al wordt er nog zo mooi verteld over de wonderen die zich hebben voltrokken. En ook al worden mijn emoties nog zo effectief bespeeld, door te wijzen op de kracht die eenvoudige lieden in nood aan het geloof ontlenen. Zoals de ouders van de gevallen peuter. En zoals Pi, de hoofdpersoon uit Ang Lee’s Life of Pi (naar de gelijknamige bestseller van Yann Martel), die een lange zeereis overleeft, na het zinken van het schip met zijn familie erop, in een reddingsboot, in het gezelschap van een Bengaalse tijger.

Life of Pi is een religieuze film naar een religieuze roman. Gelukkig deelt de film met de roman niet de kleinzielige behoefte om sneren uit te delen naar atheïsten, agnosten en wetenschappers. Maar hij kopieert wel de neiging tot preken en bekeren.

De schrijver die (in boek en film) Pi’s levensverhaal komt optekenen, wordt gelokt met het vooruitzicht: ‘Dit verhaal zal je in God doen geloven.’ Die slogan staat niet meer op de kaft van het boek, zoals bij eerdere drukken, maar blijft de essentie van het verhaal. De hele parabel moet door die bril worden gezien — en dat is niet moeilijk, want de vergelijking wordt regelmatig expliciet gemaakt.

En natuurlijk hebben we sympathie voor de dappere Pi, die zich moet redden onder gruwelijke omstandigheden. Net zoals je sympathie hebt voor de geschrokken ouders die hun peuter bijna te pletter hadden zien vallen. Maar dat was een documentaire. Hier zijn het fictiemakers die Pi aan God zijn dankbaarheid laten betuigen dat hij in leven heeft mogen blijven. Terwijl we godverdomme net het schip met zijn familie en de bemanning hebben zien ondergaan! Nou, God, bedankt!

Zalvend
Nu laat het verhaal ruimte voor de interpretatie dat Pi niet oprecht gelooft, maar alleen een verhaal nodig heeft — een houvast in een wereld vol pijn en verdriet. Maar dat maakt de behoefte aan dat houvast, dat verzinsel dat God jou heeft willen redden en niet die anderen, niet minder onverkwikkelijk. En bovendien lijkt deze interpretatie me niet de essentie van het zalvende Life of Pi.

Zeker omdat de gruwelen, die in het boek scherper de ondraaglijke zwaarte van het leven tonen, in de film sterk zijn afgezwakt. Hier geen uitstekende botten en rondslingerende ingewanden, laat staan het eten van uitwerpselen en mensenvlees.

In plaats daarvan krijgen we weeë new-age-plaatjes, met lichtgevende kwallen, oogverblindende sterren­hemels en een in slowmotion overduikende walvis. Boodschap: het leven is soms zwaar (zoals wanneer je samen met een Bengaalse tijger op de onmetelijke oceaan ronddobbert nadat je familie is verzopen), maar Gods schepping is toch maar allemachtig mooi! Enkele miljarden mensen vinden zoiets een overtuigend verhaal. Die zullen Life of Pi waarschijnlijk prachtig spiritueel vinden.

Maar goed, niet alles is vreselijk aan Life of Pi. Van mij krijgt de film 1☆ voor de geslaagde aspecten van zijn vormgeving (sommige beelden, een deel van het 3D en de knappe computeranimatie) en nog 1☆ voor het het sterke einde — want prekerig of niet, het slot zit strak in elkaar. Samen: een 6+. Toch nog.