KRUIMELTJE

Maria Peters: De geestkracht van een kind

  • Datum 03-12-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films KRUIMELTJE
  • Regie
    Maria Peters
    Te zien vanaf
    01-01-1999
    Land
    Nederland
  • Deel dit artikel

Ruud Feltkamp als Kruimeltje: \”All right, kokkie!\”

Maria Peters verfilmde Kruimeltje, een productie van het kaliber Karakter, met talloze figuranten, smoezelige steegjes, glibberige kades en sneeuw van papier. In de hoofdrol een nieuw kindsterretje. "Ik ben heus geen overdreven kindervriend."

Het gonsde in filmend Nederland al langer: het jeugdboek ‘Kruimeltje’ van Chris van Abkoude uit 1923 over een armzalig straatschoffie uit Rotterdam leende zich uitstekend voor een speelfilm. Maria Peters was vlak na de voltooiing van De tasjesdief (1995) verbaasd dat de rechten van het boek nog vrij waren.
Maria Peters is klein met rode wangen en zachte ogen. Niets in haar voorkomen is dwingend. Toch vertelt ze precies wat ze vertellen wil, niets meer, niets minder. En alles heeft de toon van het Kruimeltjelied: ‘Een tunnel kan heel lang zijn. Maar het eind komt ooit in zicht. De nacht kan pikkedonker zijn, maar ’s ochtends gloort het licht.’
Ze heeft talent om tegenslag om te buigen in voorspoed. Zo vertelt ze over de regen die bijna alle 55 draaidagen heeft geduurd: "Op film zie je niets van die miezerregen, maar je wordt wel drijfnat, vooral onhandig voor de acteurs. Het gekke is, na een week raak je er immuun voor. En tijdens de montage bleek dat we mazzel hebben gehad met al die regen. Het fletse licht past goed bij het verhaal. Als de zon stralend had geschenen was het net een ansichtkaart geworden."

Oubolligheid
Kruimeltje is een enorme productie waarin het Rotterdam uit de jaren twintig overtuigend is herschapen, met honderd figuranten met getaande koppen, een boot, vijftig locaties — in Dordrecht, Leiden, Amsterdam — en sneeuw van papier. "Wel wat anders dan De tasjesdief", geeft Maria Peters toe.
Maar er zijn ook overeenkomsten. Kruimeltje is dan misschien een productie van het kaliber Karakter, het blijft een jeugdfilm. En dat is de specialiteit van Peters: films maken die kinderen doen grinniken en ouders tot tranen roeren. Wat is haar geheim om onervaren kindacteurs tot zulke prestaties te brengen? Peters: "Ik ben heus geen overdreven kindervriend. Ik word nooit boos, dat is wel belangrijk. En ik leg altijd goed uit voordat we een scène gaan spelen, waar we ons in het verhaal bevinden, want een film wordt kriskras door elkaar opgenomen. Maar eigenlijk behandel ik kinderen niet anders dan volwassenen."
Met Ruud Feltkamp, het jongetje dat Kruimeltje vertolkt, heeft ze heel erg geboft: "We moesten een keuze maken uit driehonderd kinderen. Toen Ruudje de Kruimeltjepet opzette, wist ik het meteen. Hij was helemaal Kruimeltje."
Het boek van Chris van Abkoude behoefde wel enige aanpassing om het aan de maatstaven van kinderen van deze tijd te laten voldoen. Peters: "Er zaten een hoop rare toevalligheden in, die moeilijk te verkopen waren. De ouders van Kruimeltje waren in het boek gelukkig getrouwd. In die tijd kon je geen kinderboek schrijven over een ongehuwde moeder, die haar kind noodgedwongen in de steek liet. Maar ik weet bijna zeker dat Chris van Abkoude het wel zo bedoeld heeft. Dat heb ik dus rigoureus omgegooid. En de dialogen; het was nog een hele klus om uit die oubolligheid te komen." Soms is het ook verbazingwekkend hoezeer Van Abkoude zijn tijd vooruit was. "De scène bijvoorbeeld waarin Kruimeltje tijdens zijn eerste schooldag zijn meester brutaalweg aanspreekt met ‘All right kokkie!’ komt letterlijk uit het boek."

Geestkracht
Is Kruimeltje een tweede Abeltje? "Het heeft natuurlijk voor onze financiering wel gunstig gewerkt dat Abeltje zo’n succes was", zegt Peters. Kruimeltje is meer een sociaal drama gebleven en mist de ongebreidelde fantasie van Annie M.G Schmidt. Maar Kruimeltje heeft genoeg vaart en humor meegekregen om twee uur lang (een gewaagde lengte voor een kinderfilm) op het puntje van je stoel te zitten. Peters heeft het verhaal expres niet in deze tijd willen plaatsen, zoals Burny Bos met Abeltje wel heeft gedaan. "Dan was het een heel ander verhaal geworden. Veel realistischer. Ik wilde toch vooral een sprookje vertellen over een verschoppeling. Dan spreekt die tijd toch meer tot de verbeelding.
"Het thema is denk ik wel van alle tijden. Kruimeltje komt er altijd weer uit, puur door zijn geestkracht. Daar verbaas ik me altijd over bij kinderen. Dat ook als er iets heel ergs gebeurt, ze toch weer een weg zoeken in hun bestaan. Kruimeltje volgt zijn eigen weg. Het contrast is groot met de lamgeslagen typjes die hij in het weeshuis tegenkomt. Die geestkracht van een kind valt ook te breken, denk ik.
"Het fantaseren over zijn vader houdt Kruimeltje op de been. Dat herken ik wel. Mijn vader is overleden toen ik jong was. Ik denk dat dat beeld van ouders heel belangrijk is voor kinderen — een soort ideaalbeeld. Een vader en een moeder, daar gaat het nog heel erg over, als je tien bent."

Fleur Jurgens