KEES DE JONGEN

Aandoenlijke dromer geeft zijn leven kleur

  • Datum 02-12-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films KEES DE JONGEN
  • Regie
    André van Duren
    Te zien vanaf
    01-01-2003
    Land
    Nederland
  • Deel dit artikel

Een jongen die álles zou kunnen

Na Kruimeltje, Pietje Bell, Abeltje en Minoes is nu een van de mooiste Nederlandse kinderboeken verfilmd. Kees de jongen, naar het boek van Theo Thijssen, gaat ook in de film over een timide pre-puber die in zijn dromen groots en meeslepend leeft.

Het lichaam naar voren geheld, net doen alsof je valt en dan de armen heen en weer zwaaien. Al in de eerste scène van Kees de jongen maken we kennis met de zwembadpas, die rare manier van lopen die Kees Bakels en zijn klasgenoten ontwikkelden om snel vooruit te komen. Al decennia lang wordt er over gefantaseerd hoe die pas eruitziet — twee jaar geleden organiseerde het Kees de Jongen-genootschap zelfs een zwembadpaskampioenschap. Nu het boek van Theo Thijssen verfilmd is, is de zwembadpas eindelijk op beeld vastgelegd.
Zo is het eigenlijk gesteld met de hele film die André van Duren geregisseerd heeft. Kees de jongen is een mooi plaatjesboek geworden, waarin de Amsterdamse Jordaan en de rest van de stad uit het begin van de vorige eeuw in sepiatinten tot leven komen. Een beetje steriel ziet het er wel uit. Hoe aardig het ook is dat het Paleis voor Volksvlijt, dat in de jaren dertig afbrandde, in de film weer een plek in het stadsbeeld heeft gekregen, het blijft een plaatje uit de digitale trukendoos. Ook Kees’ fantasie waarin de Westertoren instort, oogt als een misplaatst Harry Potter-special effect.

Schermen
Een boekverfilming waarbij de makers te weinig lef hebben gehad om het script naar hun eigen hand te zetten, herkent men vooral aan het overvloedige gebruik van de voice-over. Ook in Kees de jongen wordt veel te veel toegelicht door de vertelstem van Hans Kesting, die de onderwijzer van Kees speelt en naar schrijver Theo Thijssen zelf gemodelleerd is. "De kamer zag er bijna gezellig uit met al die mensen", merkt hij bijvoorbeeld op na de begrafenis van Kees’ vader, die heel mooi ingetogen gespeeld wordt door Theo Maassen. Zo stikt het in de film van overbodig en storend commentaar dat de film stroperig maakt.
Maar Kees de jongen blijft overeind dankzij de aandoenlijke dromer die Theo Thijssen gecreëerd heeft. Kees geeft zijn timide persoontje en kabbelende schoolleventje kleur en drama door telkens te fantaseren hoe hij werkelijk groots en meeslepend kan handelen. Op zulke momenten kleurt het beeld goudgeel, en zien we hoe Kees zich zijn leven werkelijk voorstelt: dan is hij opeens een wonderkind dat kan schermen en vioolspelen, een perfecte zoon voor zijn vader en een dappere held die zijn grote liefde Rosa Overbeek kan behoeden voor een ongeluk met een koets. Zulke fantasieën zijn vaak geestig en ontroerend.
Tiener-acteur Ruud Veltkamp (die ook Kruimeltje speelde) maakt van Kees niet het hartveroverend filmpersonage dat we wensen. Maar het lukt hem wel om hem in de paar maanden die de film overspant te laten opgroeien van een dromerig kind tot een jongen op de grens van volwassenheid. Zijn dromen wordt dan daden. Na de dood van zijn vader, na de beslissing om van school af te gaan om te werken en na de zoen van Rosa denk je inderdaad even, om met Thijssen te spreken: "Daar loopt een jongen die álles zou kunnen, nu hij eenmaal begonnen was."

Pieter Bots