Iklimler

Fictieve autobiografie

Zijn nieuwste film Iklimler zet het eerdere werk van de Turkse filmmaker Nuri Bilge Ceylan in een nieuw daglicht. Zijn films blijken niet zozeer autobiografisch als wel biografieën van fictieve karakters, waar hij zelf de hoofdrol in speelt.

Hoewel Isa en Bahar samen op een zomerse vakantie zijn, is daar weinig van te merken. Constant is er in de openingsscènes van de Nuri Bilge Ceylan’s Iklimler een afstand tussen de twee personages, gespeeld door Ceylan zelf en zijn vrouw Ebru. In de meeste shots is die afstand letterlijk; tijdens de bezichtiging van antieke ruïnes zijn ze meestal ver van elkaar verwijderd, en slechts zelden zijn ze samen in beeld. Ook wanneer ze samen op een verder leeg strand liggen blijven ze apart: als de een zwemt, ligt de ander te zonnen, en andersom. Eigenlijk is het moment dat Isa aan Bahar aangeeft dat ze maar beter niet samen verder kunnen gaan, het eerste moment dat de twee daadwerkelijk samen zijn.

De Turkse fotograaf en filmmaker Nuri Bilge Ceylan (Istanbul, 1959) was al vanaf zijn eerste korte film Koza (1995) nadrukkelijk een filmmaker die in zijn werk zonder opsmuk uit zijn eigen leven putte. In die film speelden zijn ouders de hoofdrollen, net zoals ze in zijn drie daaropvolgende speelfilms Kasaba (1998), Mayis sikintisi (in Nederland uitgebracht als Clouds of May, 1999) en Uzak (2002) belangrijk zouden blijven. In Mayis sikintisi en Uzak werd daar een fictieve plaatsvervanger van de schrijver/regisseur aan toegevoegd, in beide films gespeeld door Muzaffer Özdemir. Zijn nieuwste film Iklimler (‘Klimaten’), die in 2006 de Fipresci-prijs won op het filmfestival van Cannes, lijkt die autobiografie nog een stap verder te voeren: naast de toevoeging van zijn echtgenote aan de cast speelt Ceylan voor het eerst zelf de hoofdrol. Toch is Iklimler net zo goed op te vatten als een breuk met die eerdere films.

Trilogie
Deze breuk werd wellicht ingegeven door de tragische dood van acteur Emin Toprak, die in alle drie de films een hoofdrol speelde. Met terugwerkende kracht zou gezegd kunnen worden dat de films zíjn (auto)biografie zijn, in plaats van die van Ceylan. De eerste films van Ceylan zijn daarmee op te vatten als (opgelet: marketingtaal) een afgeronde trilogie, rijp voor een boxset. De korte film Koza kan gezien worden als proloog, die de belangrijkste thema’s en de beeldtaal introduceert: de natuur en familieverhoudingen, gevangen in lang aangehouden, zorgvuldig gekadreerde, vrijwel statische shots.

Kasaba (de titel betekent letterlijk ‘het kleine dorp’) bouwt daarop voort: de tegenstellingen tussen stad en natuur, en tussen stad en dorp, staan centraal, en de structuur van de film is opgebouwd aan de hand van het verstrijken van de seizoenen. Voor het eerst komt de wens om te vertrekken, om het bekrompen dorp achter te laten en in te ruilen voor de grote stad, naar voren, bij monde van het karakter van Toprak.

Mayis sikintisi is vervolgens een curieus tussenstapje. De film beschrijft het maken van een film die verdacht veel op Kasaba lijkt. Filmmaker Muzaffer, gespeeld door Muzaffer Özdemuk, komt vanuit zijn woonplaats Istanbul terug naar zijn geboortedorp, eerst voor proefopnamen en later voor de daadwerkelijke film. Als acteurs gebruikt hij zijn familieleden, onder wie neef Toprak, zowel om geld te besparen als om meer greep op zijn kunst te houden. In een typerende droogkomische scène blijkt hun amateurisme echter meer drempels op te werpen als verwacht. In een sleutelscène vroeg in de film zegt Muzaffer zijn jongere neefje Toprak toe hem mee te nemen naar Istanbul en daar werk voor hem te vinden.

Die belofte wordt ingelost in Uzak, zij het door (aan het oppervlak) andere personages. Muzaffer heet nu Mahmut, en is geen filmmaker maar fotograaf — het beroep waarin Ceylan begon; Toprak is hier Yusuf. Toch overheerst de continuïteit: de verhuizing van dorp naar stad waar Toprak al twee films naar streefde wordt hier eindelijk vervuld, en blijkt niet zo rooskleurig als gehoopt. Dat mag in Ceylan’s universum geen verrassing zijn: de wens om zijn publiek te behagen lijkt hem vreemd, het zijn vooral droefenis en melancholie die in zijn films centraal staan, verlicht met spaarzame momenten van zwarte humor.

Historicus
De hogere mate van autobiografie die wordt geïmpliceerd doordat de Ceylans zelf de hoofdrol spelen (en ook zijn ouders zijn weer van de partij, zij het slechts in één relatief korte scène) wordt weer teniet gedaan door een grotere afstand tussen Ceylans biografie en die van het personage dat hij speelt. Isa is historicus en geeft les op de universiteit, en heeft dus niets te maken met de beeldwereld waarin Ceylan zich begeeft (al is hij een niet onverdienstelijk amateurfotograaf); Bahar is geen actrice maar setdesigner. Het zijn oppervlakkige, maar significante verschillen.

Ceylans films zijn dan ook niet zo autobiografisch als ze vaak gezien worden. Ceylan filmt autobiografisch zoals Wolkers autobiografisch schrijft: het zijn autobiografieën van fictionele personages. Zijn verhalen en thema’s zijn algemeen menselijk; zijn films zouden net zo goed in Nederland opgenomen kunnen zijn (al zou er dan ongetwijfeld veel meer geouwehoerd worden). De autobiografische elementen lijken dus eerder voort te komen uit de weigering om aspecten uit handen te geven.

Wellicht omdat hij nu zelf acteert, gaf Ceylan voor het eerst het camerawerk uit handen, aan debutant Gökhan Tiryaki. Bovendien is het zijn eerste film die werd opgenomen op HD-video, al is het slechts zelden van celluloid te onderscheiden. Toch draagt Iklimler visueel onmiskenbaar de handtekening van Ceylan. Daarentegen slaat de regisseur thematisch nieuwe wegen in. Voor het eerst staat de relatie tussen man en vrouw centraal, die in Uzak nog werd gereduceerd tot één ongemakkelijke seksscène, uit focus in de achtergrond van het beeld. Veelbetekenend of niet: in die scène speelde Nazan Kirilmis, net als in Iklimler, de minnaar van Ceylans personages/plaatsvervanger.

Met die nieuwe thematiek plaatst Ceylan zich meer dan ooit in een bepaalde traditie van (Europese) arthousefilm, die in al zijn films al zichtbaar was, vanaf de spaarzame credits (witte letters op zwart beeld) tot aan het tempo. Een traditie die werd bepaald door Bergman en Antonioni, maar ook sporen draagt van uiteenlopende regisseurs als Abbas Kiarostami en Woody Allen. Toch heeft Ceylan, zonder daadwerkelijk een nieuwe of vernieuwende esthetiek te creëren, een volstrekt eigen visuele stijl.

Wat blijft is de nadruk op de natuur. Ook in Iklimler is het verloop van de seizoenen het voornaamste structurerende element, ondanks dat het middendeel van de film zich grotendeels in de stad afspeelt. De film begint in de zomer en eindigt in de winter; de geïmpliceerde lente is wellicht het moment dat de relatie tussen Isa en Bahar nog goed was. Ook visueel blijven de shots van lange vergezichten met kleine, eenzame figuren in een hoek het meest indrukwekkend en het meest veelzeggend. Betekenisvoller in ieder geval, dan de spaarzame dialogen, die net als echte gesprekken meer verhuld laten dan ze duidelijk maken.


Uzak (2002) is op dvd verschenen bij Contact Film. Kasaba (1998) en Mayis sikintisi/Clouds of May (1999) zijn op dubbeldvd verkrijgbaar via import (Artificial Eye).