GRINDHOUSE: DEATH PROOF

Het hakwerk van Stuntman Mike

  • Datum 24-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films GRINDHOUSE: DEATH PROOF
  • Regie
    Quentin Tarantino
    Te zien vanaf
    01-01-2007
    Land
    Verenigde Staten
  • Deel dit artikel

Met death proof heeft Quentin Tarantino de film gemaakt die hij vroeger het liefst zelf had verhuurd.

Toen Quentin Tarantino nog in de videotheek werkte, kwam er een vreemde gast naar hem toe met een onvervulbare wens. Of ze ook death proof hadden — de tweede film die cultregisseur John Carpenter met Kurt Russell zou hebben gemaakt, tussen escape from new york (1981) en the thing (1982). Helaas, moest Tarantino antwoorden, die hebben we niet. Dat hij nog nooit van de film had gehoord en eigenlijk zeker wist dat ‘ie niet eens bestond, hield hij voor zich. De man had iets dreigends, of dat nou door zijn raspende stem kwam, dat lange litteken op zijn linkerwang of toch de zwarte Dodge Charger die als een monsterlijke waakhond voor de deur stond. Eigenlijk leek die vent ook best wel op de door hem zo aanbeden Russell. Maar dan wel veel gemener en afgeragd.
Jaren later stuitte Tarantino warempel op een kopie van de gezochte film. Waar en hoe wil hij niet zeggen; waarschijnlijk vond hij hem in het puin van een gesloopte B-bioscoop. Het bleek een typisch staaltje exploitatie (zij het niet van Carpenter) over een verlopen stuntman annex seriemoordenaar (wel degelijk Russell), die zijn maagdelijke slachtoffers stuk voor stuk aan de bloederige bumper van zijn Dodge rijgt.

Lapdance
Dankzij Tarantino’s inzet voor het cinematografische erfgoed kunnen we nu allen getuige zijn van het gemotoriseerde hakwerk van Stuntman Mike — compleet met verouderde leeftijdsadviezen, verbleekte kleuren, krassen, kabels en door de tand des tijds ingelaste jump cuts. Allercharmantst allemaal, maar wie het ook mocht zijn die op de regiestoel zat, hij had geen benul van opbouw en een kazige muzieksmaak (vooral voor romantisch bedoelde scènes). Keer op keer verzandt de plot in eindeloze, grappig bedoelde kletspartijen over niks in het bijzonder; soms drukt de cameraman op de verkeerde knop bij het inzoomen. Hoe de personages begin jaren ’80 aan sms-bundels komen, is nog wel het grootste raadsel.
Veel lekkere wijven en een breed uitgesponnen lapdance, dat wel, en de aanrijding waarmee Mike in één klap vier zieltjes vangt, krijgen we wel drie of vier of vijf keer te zien, telkens vanuit een ander perspectief. Zodat we het afgerukte been noch het losgeschoten-wiel-langs-het-gezicht hoeven te missen, noch het besef dat het dragen van autogordels geen happy end garandeert.
Dat einde komt snel, wat Tarantino ruimte geeft om Mike’s verhaal verder te vertellen. En waarom zou hij dat zoveel anders doen dan zijn voorganger? Het bleke palet maakt plaats voor Kodak Color, verwijzingen naar andere films zijn schering en inslag en dit keer wordt de camera wél met aandacht bediend (door Tarantino zelf). Maar verder is het opnieuw Kurt Russell, gapende plotgaten en meidengelul in de ruimte, en opnieuw een lange, Lange, LANGE achtervolgingsscène om het allemaal nog net de moeite waard te maken. Stuntvrouw Zoë Bell heeft geen CGI-hulp nodig om met 150 km per uur te blijven plakken aan de motorkap van haar witte Dodge Challenger. En daarmee wordt zien, net als in de gloriedagen van de autoscheurfilm, eindelijk weer eens geloven.

Kevin Toma

planet terror van Robert Rodriguez wordt in Amerika als double bill met death proof vertoond, in Nederland wordt planet terror op 16 augustus uitgebracht.