Wolfgang Becker over Good Bye, Lenin!

Doornroosje in de DDR

Overleven in het verleden. Dat is de enige optie voor Frau Christiane Kerner, die vlak voor de val van de Berlijnse Muur in coma raakt en acht maanden later ontwaakt. Een leven zonder McDonald’s en bananen. 79 vierkante meter DDR.

Spreewald Gurken, er gaat niets boven de iets waterige, wrange smaak van Spreewald Gurken. Het zijn de madeleines en jasmijnthee van Christiane Kerner, de Marcel uit Good Bye, Lenin!.

Zij slaapt door de belangrijkste gebeurtenis van het na-oorlogse Duitsland heen: de val van de Berlijnse Muur. Haar coma beschermt haar als een moderne Doornroosje tegen het voorbijgaan van de tijd. Tegen het trauma van de geschiedenis. Toen zij in oktober 1989 zag hoe de Oost-Duitse Vopo’s haar zoon Alex neerknuppelden bij een demonstratie voor persvrijheid, stortte de wereld van deze DDR-modelburgeres letterlijk in.

Regisseur Wolfgang Becker maakte eerder Das Leben ist eine Baustelle (1997) waarin hij liet zien hoe het Berlijn van na 1989 eruit zag: een grote, onzekere bouwput. Hoe bouw je een verenigd Duitsland op de onzekere fundamenten van een te vergeten geschiedenis? Zijn hoofdpersonen wisten het niet. Net als altijd en overal tobden zij met het alledaagse: werk, liefde, vriendschap. Het leek alsof de enige manier om dóór te gaan in totale Seinsvergessenheit was.

Wessies en Ossies
Eerder dit jaar ging Good Bye, Lenin! in première tijdens het Filmfestival Berlijn en de film riep direct extreme reacties op: het gelach van zowel ‘Wessies’ als ‘Ossies’ was aan beide kanten van de afgebroken Muur te horen, waar nu op de Potsdamer Platz de festivalpaleizen pronken. Kritiek was er ook, uit voormalig Oost én West. Becker, die een script van de als scenarioschrijver debuterende journalist Bernd Lichtenberg verfilmde, zou door zijn humoristische kijk op het verleden het valse verlangen naar de DDR, de ‘Ostalgie’, voeden.

Niet vaak roept een ontroerende komedie zowel bitterzoete hilariteit als politiek-morele zuurheid op. Maar Spreewald Gurken zijn er niet meer. Ook niet in de buurtwinkeltjes in het voormalige Oosten, waar de tijd verder heeft stilgestaan.

Onappetijtelijke etiketten
Wolfgang Becker: "Een film over Duitsland in 1989 is al een kostuumfilm. Zozeer is Berlijn inmiddels veranderd. Een paar jaar geleden kwam de ‘Ostalgie’ opeens erg in de mode, een soort heimwee naar de treurigheid en de overzichtelijkheid van de DDR. Men vroeg zich af of ze niet te snel hun vertrouwde kleren en meubels de deur uit hadden gedaan. Ze hadden daarmee ook een deel van hun leven weggegooid. De Oost-Duitse levensmiddelen verdwenen uit de winkels. Maar iederen die die vale, onappetijtelijke etiketten ziet, krijgt direct een beeld van toen. Dat komt het dichtste bij de manier waarop geuren en smaken een herinnering oproepen. Je kunt een film geen geur en smaak meegeven, dus je moet het filmisch vertalen. Het is bijna een Proustiaanse ervaring."

Links en rechts
Wolfgang Becker: "Als je naar een plattegrond kijkt, dan is het westen links en het oosten rechts. Op de meeste journaalbeelden van na de val van de Muur zie je mensen van rechts naar links bewegen. Omdat Alex zijn moeder een andere loop van de geschiedenis wil wijsmaken, hebben we gezocht naar archiefbeelden waarin de camera als het ware aan de ‘verkeerde’ kant staat: je ziet mensen van links naar rechts de Muur bestormen. Dat geeft een andere betekenis aan de beelden van de val van de Muur. Maar het zet je ook aan het denken over de betekenis van filmbeelden in het algemeen. Misschien zijn die om te beginnen al niet zo objectief. Misschien is film per defintie nostalgisch."