FRIENDS

Een zwarte vuist in de taart

  • Datum 22-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films FRIENDS
  • Regie
    Elaine Proctor
    Te zien vanaf
    01-01-1993
    Land
    Engeland/Frankrijk
  • Deel dit artikel

Vier weken na de verkiezingen in Zuid-Afrika komt Friends in de bioscoop. Iets te laat, zo lijkt het. Met de brandende actualiteit heeft Friends echter niet zoveel te maken. Hoewel de film nadrukkelijk de politieke situatie in Zuid-Afrika betreft, is het meer een tijdloos schema. Vooral aanbevolen voor wie nog niets over Zuid-Afrika wist.

Alleen de kleurlinge ontbreekt. Met iemand uit India erbij was het kwartet compleet geweest. De drie vriendinnen uit Friends weerspiegelen de Zuidafrikaanse bevolking. Sophie (Kerry Fox) is Brits, Thoko (Dambisa Kente) is zwart en Aninka (Michele Burgers) is Boer. Welke relatie zij precies hebben met elkaar en waar hun vriendschap op is gebaseerd, wordt niet duidelijk. Dat ze in 1985 samen afstudeerden en vier jaar later met z’n drieën een huis bewonen in Johannesburg zijn de enige aanwijzingen. Waarom hun verhaal zich afspeelt in 1989 wordt evenmin duidelijk. De vriendschap tussen de drie vrouwen wordt in ieder geval behoorlijk op de proef gesteld door de keuzes van Sophie. Zij is de protagoniste.
Nog tijdens de titels leren we dat Sophie geen doorsnee blanke Zuidafrikaanse is: ze kijkt te lang en liefdevol naar haar oude zwarte bediende. Sophie is een verlichte witte en dat brengt de nodige dilemma’s met zich mee. Naast haar werk in de bibliotheek maakt ze deel uit van een terroristische groep, die met aanslagen een einde aan apartheid denkt te maken. Wanneer een door Sophie geplaatste bom op het vliegveld twee zwarte mensen doodt, raakt zij in een diepe crisis. Door iedereen weggestuurd, geeft zij zich tenslotte zelf aan bij de politie. De Zuidafrikaanse gevangenis is voor ‘verraders’ geen pretje, maar gelukkig volgt na een jaar amnestie. In de township kan Sophie zich weer bij haar vriendinnen voegen.

Buitenlander
Elaine Proctor (33) schreef zelf het scenario voor haar debuutfilm. Het had autobiografisch kunnen zijn. Ze komt uit een liberale blanke familie: haar vader onderzocht als patholoog op verzoek van de nabestaanden het lijk van de in gevangenschap overleden Steve Biko. Proctor raakte aan de film dankzij een baan bij het Market Theatre in Johannesburg, een naam die altijd opduikt als het over progressieve kunst in Zuid-Afrika gaat. Begin jaren tachtig maakte ze documentaires over de politieke situatie, opererend als lid van een soort guerilla-collectief. In de tweede helft van de jaren tachtig studeerde Proctor aan de National Film and Television School in Londen, waar ze onder andere les kreeg van Mike Leigh en Nicholas Roeg. Onder supervisie van Roeg maakte ze haar eindexamenfilm On the wire, een grimmig verslag van de militarisatie van haar vaderland, dat reeds de aandacht trok.
In Friends is weinig terug te zien van deze veelbelovende voorgeschiedenis. Sterker nog: het lijkt alsof Friends is gemaakt door iemand die helemaal niet uit Zuid-Afrika komt. Het lijkt alsof een buitenlander drie maanden in dat rare land heeft rondgereisd en de eerste indrukken op film heeft gezet. Om het toegankelijk te maken zijn de observaties in een fictief jasje gestoken. Proctor beperkt zich tot een handzaam schema, waarin alle posities binnen de witte en zwarte gemeenschap de revue passeren. Tegelijk suggereert ze dat het gaat over levende mensen, iets dat nauwelijks geloofwaardig is. Wie het politieke zo knullig vertaalt naar het persoonlijke, verliest op beide fronten.

Heel niets
In het schema van Proctor maken de vrouwen alledrie een ontwikkeling door. Sophie heeft een goed hart, is een beetje verward, maar komt gelouterd uit haar crisis. Thoko, vanzelfsprekend een heroïsche lerares, radicaliseert en hervindt haar zwarte wortels. Aninka, aanvankelijk wat gemakzuchtig, breekt met haar racistische familie en wordt hulpzuster. De actrices weten wat van hen verwacht wordt en spelen monotoon. Kerry Fox, ooit triomferend in An angel at my table, kijkt heel gekweld, Dambisa Kente kijkt heel zelfbewust en Michele Burgers kijkt heel niets.
De beeldtaal is afkomstig uit een ouderwets meisjesboek. Vrouwenvriendschap is samen giechelen onder een bruidssluier. Een aanslag is twee brandende vogelpopjes die uit de lucht vallen. Opstandigheid is een zwarte vuist in de slagroomtaart. Op de school van Thoko barsten haar leerlingen onmiddellijk uit in gezang als de politie verschijnt en beweert een collega met stalen gezicht: "Apartheid is dividing us". Zoiets vermoedde ik al. Het klapstuk is Sophie’s terugkerende herinnering aan hoe gelukkig ze wel niet was als klein meisje, spelend in de tuin en beschermd door haar zwarte ‘baboe’. Na haar bevrijding loopt ze met blote voeten over een bloementapijt. Op weg naar haar vriendinnen. Op weg naar een nieuw Zuid-Afrika. Was het maar zo simpel.

Mark Duursma