Eat Drink Man Woman

Vader kan het koken niet laten

Sihung Lung (met lepel) als de beste chef van Taipeh

Wel eens een eend uitgebeend? Het is de eerste van de zes stappen om te komen tot een heerlijke, gevulde Hu-Lou eend. "De-bone the duck", staat er in alle eenvoud. Het recept voor Hu-Lou eend komt uit het kookboek van Eat Drink Man Woman, de derde speelfilm van de Taiwanese Amerikaan Ang Lee. Heel veel eten komt er in voor, en het ziet er allemaal even smakelijk uit.

Zoals we uit andere Taiwanese films al wisten, heeft Taipeh de hoogste brommertjesdichtheid van heel Azië. Ang Lee opent zijn film met beelden van de verkeerschaos en gebruikt ze later om overgangen te markeren.

Van de brommertjes gaat het naar de keuken, voor een prachtige openingsscène. Geroutineerde handen bereiden een maaltijd die gaandeweg indrukwekkender wordt. Begeleid door een rustgevend muziekje worden in razend tempo vissen uit het water gepakt, met spiesen doorstoken, ontschubd, gefileerd, gepaneerd en gebakken. Groenten worden in mootjes gehakt, een paar kikkers hoppen vlak voor de camera langs. Hun lot laat zich raden.

Vader Chu is bezig met de voorbereidingen van het traditionele zondagse familiediner. Tussen zijn bezigheden door maken we kennis met zijn drie dochters en hun uiteenlopende manieren om de zondagmiddag door te brengen. Jia-Jen, de oudste, zit in de kerk voor herboren christenen. Jia-Kien gaat na overwerk op kantoor nog even bij haar ex-vriend langs voor wat snelle seks. Jia-Ning, de jongste, staat achter de balie van een hamburgerrestaurant. Daarna komen ze samen aan tafel in het ouderlijk huis, zoals elke zondag. En zoals elke zondag hebben ze elkaar niets te zeggen. En staat er veel te veel eten op tafel.

Behagen
Vorig jaar was er nog verwarring: is het Ang Lee of Lee Ang? Inmiddels is de Chinese schrijfwijze van de baan, de westerse manier, met de familienaam achteraan, heeft het pleit gewonnen. Niet zo vreemd voor iemand die al sinds 1978 in Amerika woont en werkt. Maar de naam van Lee werd pas echt bekend door het wereldwijde succes van zijn tweede film The Wedding Banquet, de milde zedenschets over een Taiwanees in New York. Gemeten naar een bepaalde norm, namelijk het aantal malen dat de onkosten werden terugverdiend, was The Wedding Banquet de meest succesvolle film van 1993.

Ook Eat Drink Man Woman heeft alles in zich om door velen gekoesterd te worden. Weliswaar oogt deze film authentieker en draagt hij veel meer een Aziatisch stempel dan zijn voorganger, Lee blijft een zeer toegankelijk filmmaker die uitstekend weet hoe hij zijn publiek moet behagen. Lee laat het vakmanschap van de Amerikaanse publieksfilm los op de cultuur van zijn geboorteland. Daarmee creëert hij hele slimme cinema die men over de hele wereld begrijpt en waardeert. Lee presenteert de generatiekloof met een vleugje humor, een wolkje levenswijsheid en een flinke scheut couleur locale. Als Eat Drink Man Woman niet zo’n aardige film was, zou je de maker verdenken van het toepassen van een goedkope formule.

Die uit zich bijvoorbeeld ook in de muziek van componist Mader. Bij toenadering tussen man, vrouw en whiskey klinkt even een soft, westers muziekje. Op ander momenten lijkt een Caribische steelband de boel op te vrolijken.

Daar staat tegenover dat de film wel degelijk iets over Taiwan zegt, het is niet alleen maar een mondiaal niemandsland. De overbevolking is een terugkerend motief: lesgeven met een microfoon in de hand, een enorme hal met eters, een meisje dat verdrukt wordt bij de bus, een urn met nummer B Zuid 2704 in een magazijn. Er zijn meer van die speldeprikjes: de speelgoedzaak heeft geen Chinees speelgoed, het meisje dat wil tekenen bedoelt de computer. Het zijn details, het gaat Lee vooral om de verhoudingen binnen het gezin.

Smakelijk
Echt gezellig is het niet op die zondagavonden. Voor de drie dochters is het kostelijke voedsel van hun vader een belasting geworden, evenals het gezamenlijk thuis wonen. Moeder is al jaren dood, de dochter mogen elkaar niet echt, vader voelt zich steeds meer overbodig. Alle gezinsleden zijn toe aan verandering. Ze tobben met relaties, werk en huisvesting en staan op het punt daar belangrijke beslissingen over te nemen. Het zijn beslissingen die zowel de andere gezinsleden als de kijker zullen verrassen. De onverwachte wendingen in Lee’s scenario maken al dat getob bijzonder onderhoudend. Hoewel het gezin uiteenvalt, overheerst een toon van milde berusting en lichte ironie. Er valt veel te gniffelen bij deze film.

En te genieten, van alles wat er zo mooi uitziet. Mannen, vrouwen, garnalen en kippen, ze zijn allemaal even smakelijk. De acteurs zijn goed, maar lijken ook vanwege hun uiterlijk geselecteerd. Lee waakt ervoor dat nimmer iets lelijks of onaangenaams het beeld besmeurt. Noem het Amerikaans, glad of commercial-achtig, aangenaam is het wel.

Talloze oosterse schotels komen voorbij, op een fysieke manier die de bioscoop bijna doet geuren en oproept om na afloop uitgebreid te gaan eten. De binnenkomst van chefkok Chu, te hulp geroepen in een noodsituatie, in de keuken van het immense restaurant is fantastisch. Hij schiet tussen de apparaten door, langs stomende pannen, sissende woks en paniekerig personeel. Hij krijgt zijn koksjas aangereikt en het menu in handen gedrukt. Onmiddellijk heeft hij de situatie onder controle. Zelf is hij zijn smaak verloren, maar hij is de onbetwiste meester van het eten.