EAST PALACE, WEST PALACE

Ik kan alles zijn wat ik wil

  • Datum 08-11-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films EAST PALACE, WEST PALACE
  • Regie
    Zhang Yuan
    Te zien vanaf
    01-01-1996
    Land
    China/Frankrijk
  • Deel dit artikel

Psychologisch steekspel in East palace, west palace

De Chinese filmer Zhang Yuan schuwt de provocatie niet. Het gevolg is censuur, vertoningsverbod en huisarrest. Met de homoseksuele thematiek van East palace, west palace schopt hij wederom tegen de schenen van de autoriteiten. De film is echter voor alles een psychologisch drama over machtsuitoefening.

Er zijn al tien minuten verstreken als hoofdpersoon A-Lan zijn eerste woorden spreekt. Zijn eerste zin luidt: "Ik begrijp het niet." Direkt daarop volgt: "Ik ben gay." Deze laatste uitspraak is niet verontschuldigend of provocerend bedoeld, het is een sobere vaststelling van zijn alledaagse realiteit. Dat deze realiteit in het hedendaagse China niet zo alledaags is, is al gebleken uit de openingsshots. Homoseksuele mannen met bijnamen als Dandy, Lily en Stud ontmoeten elkaar in parken en openbare toiletten, zoals die aan de oost- en westzijde van het Verboden Paleis, waaraan wordt gerefereerd in de titel. Tijdens hun nachtelijke zoektocht naar partners worden de mannen opgejaagd, geïntimideerd en vernederd door de patrouillerende parkpolitie.
De positie van de onafhankelijke filmmaker Zhang Yuan, die bekendheid verwierf met Mama (1990), Bejing bastards (1992) en Sons (1995), vertoont in vele opzichten gelijkenis met die van de homoseksuele paria die hij portretteert in East palace, west palace. Omdat de film ongecensureerd voor post-productie naar Frankrijk werd verstuurd, verboden de Chinese autoriteiten de vertoning ervan in Cannes. Toen de festivaldirectie besloot de film toch te selecteren, werd de officiële Chinese inzending, Keep cool van Zhang Yimou, teruggetrokken. East palace, west palace mag niet worden vertoond in China, Zhang is onder huisarrest geplaatst en al zijn filmmateriaal is in beslag genomen.
Naast het ontduiken van de regels zal ook het onderwerp van Zhangs nieuwe film hebben bijgedragen aan het vertoningsverbod. Hoewel homoseksualiteit niet illegaal is in China, kunnen homoseksuelen niet rekenen op symphatie of begrip. Ze worden veelal gezien als geesteszieken die men met harde hand moet genezen van hun ’tegennatuurlijke driften’. Het gevolg is dat gays zo goed als onzichtbaar zijn in het openbare leven en er vrijwel niets bekend is over hun leefpatroon. Toen een aids-instituut in Bejing daar meer over te weten wilde komen, werd de politie ingeschakeld om homoseksuele mannen op te pakken en hen te dwingen een uitgebreide enquête in te vullen. Een krantenbericht hierover vormde de inspiratiebron voor het maken van East palace, West palace. Hoewel de hoofdpersoon homoseksueel is en sommige scènes, zeker voor Chinese begrippen, expliciet te noemen zijn, is de film echter niet een typische gay-film. Het is voor alles een psychologisch drama over machtsuitoefening.

Vitaliteit
De jonge, homoseksuele schrijver A-Lan wordt op een avond gearresteerd door politieman Xiao Shi, die hij na een eerdere arrestatie een boek stuurde met de opdracht ‘Voor mijn geliefde’. Tijdens een nachtlang verhoor vuurt Xiao onafgebroken vragen op hem af over zijn jeugd, huwelijk, beroep en nachtelijke escapades. De claustrofobische ruimte van het politiebureau vormt het toneel van de psychologische strijd tussen de politieman, die heen en weer wordt geslingerd tussen fascinatie en afgrijzen, en de jonge schrijver die zijn seksuele geaardheid niet verloochent.
Xiao dwingt A-Lan langdurig gehurkt op de grond te zitten en duwt hem herhaaldelijk hardhandig verder naar beneden. Als zijn arrestant vol overgave zijn levensverhaal vertelt en de politieman zich dreigt te verliezen in medelijden, herinnert hij hem — en zichzelf — er met bulderende stem aan dat zij zich in een politiebureau bevinden. Als een bezwerende mantra herhaalt hij onophoudelijk zijn verachting voor A-Lan. Gaandeweg kruipt er echter vertwijfeling in zijn stem en overtuigt hij zelfs zichzelf niet meer. De agent probeert krampachtig de autoriteit van zijn positie en de algemeen geldende normen te handhaven door A-Lan te boeien en te slaan. Xiao’s brute kracht kan het echter niet winnen van de integere vitaliteit van de lichamelijk veel zwakkere A-Lan. Dat de laatste zich bewust is van zijn bewakers gebrek aan persoonlijkheid, blijkt wanneer hij uitroept: "Ik kan alles zijn wat ik wil, maar jij niet. Voor hetzelfde geld ben je dood."

Steekspel
Zhang maakt optimaal gebruik van de minimale enscenering om de spanning tussen de twee mannen weer te geven. Het enige wezenlijke decorstuk, een prominent geplaatste kleedspiegel, reflecteert voornamelijk de rug van Xiao en de directe blik van A-Lan, die niet bang is zichzelf te zien zoals hij is. Afwisselend lopen de twee over de veranda rondom het gebouw, terwijl ze door ramen en deuren de ander bespieden. Het mentale onderzoek waaraan ze elkaar onderwerpen dringt niet alleen door de muren van het politiebureau, maar ook de defensieve muren die ze rond zichzelf hebben opgetrokken. De positionering van de camera geeft subtiel de verschuiving in de psychologische verhouding tussen arrestant en agent weer. Als de gehurkte ondervraagde in beeld is, zijn alleen de dreigende zwarte broekspijpen van zijn inquisiteur te zien. De camera kijkt voortdurend neer op het toch al laag geplaatste slachtoffer. In de scène waarin A-Lan vertelt over zijn eerste aframmeling door potenrammers en de daarop volgende bewuste acceptatie van zijn lijden, verandert het perspectief. De bont en blauw geslagen A-Lan staat op een plat dak dat van onderaf in beeld wordt gebracht, daarmee zijn morele superioriteit onderstrepend.
De parallelle vertelling van een dievegge die zich overgeeft aan haar cipier, door Zhang weergegeven in de vorm van Kuen opera (een voorloper van de populaire Peking opera, waarin alle rollen, ook vrouwelijke, door mannen worden gespeeld), vloeit samen met het psychologische steekspel tussen agent en arrestant op het moment dat Xiao A-Lan gebiedt vrouwenkleding aan te trekken. Deze laatste manifestatie van gewelddadige machtsuitoefening luidt de totale ontreddering in van de politieman. Terwijl de zon opkomt strompelt hij verloren de ontwakende stad in.
Sentimenteel ingestelden zouden in het slot van Zhangs drama een overwinning van de liefde op het botte geweld van de onwetendheid kunnen zien. Dat de ignoramus, die niet alleen automatisch afwijking van de norm verafschuwt maar ook blind is voor zijn eigen identiteit, in dit geval een politieman is, is echter veelbetekend. Niet alleen de individuele agent delft het onderspit, maar de autoriteit, die de door hem met brute kracht verdedigde normen voorschrijft, faalt hier. Zhang slaagt erin door middel van een beklemmend persoonlijk drama de maatschappij en de autoriteiten als geheel te bekritiseren. Dat de censor deze film verbiedt getuigt wat dat betreft van genoeg zelfbewustzijn aan de kant van de Chinese autoriteiten.

Edo Dijksterhuis