E.T. the Extra-Terrestrial

Tijdloos vertederend

E.T. the Extra-Terrestrial

Ter gelegenheid van zijn twintigste verjaardag wordt eind maart E.T. the Extra-Terrestrial opnieuw in de bioscopen uitgebracht. De geluidsband is opgepoetst, de effecten zijn verfraaid en er zijn enkele scènes toegevoegd die twee decennia terug op de montagevloer belandden. Tijd om de voorgeschiedenis van deze speciale 20th anniversary edition te herbeleven.

Van de vijftig keer dat ik E.T. inmiddels gezien heb, zal er in ieder geval één mij de rest van mijn leven bijblijven.

Het was eind jaren tachtig, nota bene in een Duits nagesynchroniseerde versie. Tijdens een kerstvakantie in Duitsland zond een Duitse televisiezender op ‘Weinachtsabend’ Der Außerirdische uit.

Hoewel het inmiddels vijftien jaar geleden moet zijn, kan ik me nog tot in detail herinneren hoe volkomen gebiologeerd ik op de bank de lotgevallen van het buitenaardse lieverdje heb gevolgd. Me geen moment realiserend dat ik de taal nauwelijks kon verstaan, ervoer ik voor een van de eerste keren in mijn leven heel bewust het medium film: het was, na de scène uit Als je begrijpt wat ik bedoel (1983) waarin Heer Bommel om zijn butler Joost roept, de tweede keer dat een film mij tot tranen toe ontroerde.

Iedereen zal zo zijn eigen verhalen kunnen vertellen over de belevenis die E.T. voor hem of haar is geweest. Zeker in Amerika en Europa, maar eigenlijk over de gehele wereld, zullen er maar weinigen zijn die de vertederende buitenaardse bezoeker niet kennen.

E.T. heeft nooit critici of andere experts nodig gehad om het publiek te vertellen hoe tijdloos en fantastisch de film was. Het buitenaardse troeteldier sprak zijn toeschouwers zelf wel aan op het zuivere, onbevooroordeelde kind in hen, dat deel van de menselijke psyche waarvan de meeste volwassenen over het algemeen vergeten zijn dat zij dat toch nog ergens diep van binnen bezitten.

Iedereen schaart zich zonder enige moeite achter de beleving van de kinderen, die ook een vreemdeling als E.T. zonder enige verklaring gunnen zichzelf te zijn en geen enkel belang hechten aan de roem of het geld die met een eventuele uitlevering aan de gemene overheid gepaard zou gaan. En niemand voelt ook maar één moment mee met de bedreigende men in black die de hele film door niets anders doen dan (in het post-Watergate-tijdperk!) afluisterapparatuur plaatsen in huizen van brave burgers en proberen de arme E.T. te vangen voor wetenschappelijk onderzoek in als martelwerktuigen ogende machines.

De film werd ooit bestempeld als de ‘beste Disney-film die niet door Disney werd gemaakt’: E.T. doet de kijker weer even geloven in echte compassie, echte saamhorigheid en echte liefde, in onschuld en magie, zónder deze oer-Amerikaanse waarden daadwerkelijk te benoemen zoals in de meeste Disney-vehikels heel drammerig wél wordt gedaan.

Profetisch
Het was hoofdrolspeler François Truffaut uit Steven Spielbergs Close Encounters of the Third Kind (1977) die de regisseur eind jaren zeventig bijna profetisch opdroeg: “Kids! You must make a movie with kids!

De Franse filmmaker kwam tot deze uitspraak nadat hij Spielberg de 4-jarige Gary Guffey, het jongetje Barry in dezelfde film, had zien regisseren. Spielberg nam de tip graag ter harte, al had hij op dat moment eigenlijk geen zin om een kinderfilm in de geijkte zin des woords te maken. De regisseur had het na de lieve aliens in Close Encounters en het humoristische heldenepos Raiders of the Lost Ark (1981) wel even gehad met de positieve films en richtte zijn aandacht op een duister concept waar met de beste wil van de wereld geen kinderfilm uit voort zou kunnen komen: Night Skies.

Die film was in eerste instantie bedoeld als vervolg op Close Encounters, een plan dat de Columbia-studio’s met of zonder de medewerking van Spielberg door wilden drukken. De synopsis die de regisseur de filmmaatschappij voorlegde, beschreef een gezin in Kentucky dat in 1955 door buitenaardsen wordt belaagd en door een klein jongetje wordt gered dat contact legt met de intergalactische bezoekers.
Columbia eiste echter dat de film zich deels ín het ruimteschip af zou spelen, een nieuwigheidje waarvoor het publiek zich zeker weer naar de bioscoop zou laten lokken. Hier voelde de regisseur weinig voor en als compromis stelde hij voor een nieuwe versie van Close Encounters uit te brengen, mét de gewenste interieuropnamen. Deze special edition ging in 1980 in première.

Herkenning
Zelf knutselde de regisseur ondertussen verder aan het aspect van Night Skies dat hem het meest aansprak: het jongetje dat contact legt met een buitenaards wezen. In eerste instantie vroeg hij scenarist John Sayles (die eerder voor Joe Dante de scripts voor Piranha (1978) en The Howling (1981) had geschreven) voor het verhaal, maar die voelde niets voor het in zijn ogen abject-sentimentele concept. Via Raiders of the Lost Ark-ster Harrison Ford kwam Spielberg in aanraking met Melissa Mathison, Fords nieuwe vriendin en een jonge scenariste die tot nu toe slechts één film op haar naam had staan: het zoete paardenepos The Black Stallion (1979). Binnen acht weken lag er een eerste versie van een script dat luisterde naar de titel A Boy’s Life.

Toen regisseur Spielberg haar verhaal las, raakte hij naar verluidt tot tranen toe geroerd. Snel kreeg het project, dat inmiddels E.T. the Extra-Terrestrial was gedoopt, het groene licht van Universal. Zoals bij de meeste van Spielbergs films moet de regisseur zich erg aangetrokken hebben gevoeld door de voor hem autobiografische thematiek van het teruggetrokken kind dat opgroeit in een gebroken gezin. “Dad would believe me”, mompelt Elliot (Henry Thomas) verongelijkt tegen zijn moeder Mary (Dee Wallace) wanneer zij zijn verhaal over het onbekende voorwerp dat in hun achtertuin is geland afdoet als nonsens. Ondertussen proberen Elliot, zijn zusje Gertie (Drew Barrymore) en zijn broer Michael (Robert McNaughton) uit alle macht hun vondst voor de kwade grote mensenwereld verborgen te houden. Terwijl E.T. de aarde met kinderlijke nieuwsgierigheid verkent en, geïnspireerd door een Buck Rogers-strip, probeert contact te leggen met zijn soortgenoten.

Over het ontwerp van de belangrijkste hoofdrolspeler, E.T. zelf, gaan verschillende verhalen de ronde. Het schijnt dat regisseur Spielberg het hoofd van het wezentje op een ochtend ontwierp door de ogen en het voorhoofd van Albert Einstein over het voorhoofd van een baby te plakken. Voor het (toentertijd immense) bedrag van twee miljoen dollar (bijna een kwart van het gehele budget van de film) blies de Italiaanse ontwerper Carlo Rambaldi, eerder verantwoordelijk voor de alien in Ridley Scotts gelijknamige thriller uit 1979, het buitenaardse creatuur vervolgens leven in. Zijn stem werd ingesproken door actrice Debra Winger en Pat Welsh, een kettingrokende docente die geluidsman Ben Burtt toevallig hoorde hoesten in een fotowinkel. Het leverde hem een Oscar op voor beste geluidseffect.

Ovatie
Het succes dat de film ten deel viel is geschiedenis. Op het Filmfestival Cannes waar E.T. zijn wereldpremière beleefde, volgde op de vertoning een minutenlange ovatie, iets dat geen enkele film in competitie dat jaar ten deel viel. De Amerikaanse pers verdrong zich twee weken later om het hardst om The Extra-Terrestrial de hemel in te prijzen. Zelfs de over het algemeen zo conservatieve Academy ging (deels) overstag. De film ontving negen Oscar-nominaties, waarvan er vier werden verzilverd: muziek (John Williams’ vierde Oscar, na Jaws (1975) zijn tweede voor een film van Spielberg), geluid, effecten en geluidseffecten. De Academy Awards voor beste film en regie gingen echter, net als in 1976 (Jaws), 1978 (Close Encounters) en 1982 (Raiders), aan de neus van regisseur/producent Spielberg voorbij: E.T. was gewogen en te licht bevonden, ten faveure van Richard Attenboroughs historische epos Gandhi.

De paar publieke tegenstanders die de film kende, vielen vooral over de opzichtige parallellen tussen het verhaal van E.T. en het Nieuwe Testament. Een enkele orthodoxe ziel verweet Spielberg zelfs een pact met de duivel te hebben gesloten: de opvallende overeenkomsten tussen Jezus Christus en de extra terrestrial waren wat hen betreft heiligschennis.

En inderdaad: van de naar Michelangelo’s Sixtijnse Kapel-schildering verwijzende poster tot de thematiek van de liefdevolle verschijning uit een andere wereld, van E.T.’s gave wonden te genezen tot zijn wonderbaarlijke wederopstanding, van de uiteindelijke hemelvaart tot zijn problemen met de lokale autoriteiten – het is moeilijk toeval te noemen. De joodse Spielberg heeft vaker religieuze voetnoten in zijn films gestopt, van de Ark des Verbonds en de Heilige Graal die een belangrijke rol spelen in de Indiana Jones-films tot de messianistische verwijzingen in Amistad (1997) en A.I. Artificial intelligence (2001).

Heiligschennis is echter een erg groot woord, zeker voor een film die zo consequent liefde en compassie predikt, en erg veel gehoor vonden die paar religieuze extremisten dan ook niet.

Penis breath
Meer structurele kritiek mocht Spielberg eind vorig jaar incasseren toen bekend werd welke preutse, en in de ogen van veel fans tamelijk nutteloze, veranderingen hij ging aanbrengen voor de 20th anniversary edition van de film. Op verzoek van zijn vredelievende peetdochter Drew Barrymore heeft de regisseur alle wapens waar de zwarte mannen mee rondlopen vervangen door walkie-talkies, uit piëteit voor de slachtoffers van de aanslagen op 11 september is het voornemen van moeder Mary om tijdens de Halloween-scène als terrorist gekleed te gaan veranderd in een hippie en omdat “penis breath” met terugwerkende kracht schijnbaar toch erg grof was, is ook het omstreden woordje waar Elliot zijn broer Michael voor uitmaakt gedubt.

In ruil voor deze profanatie (mag je daarvan spreken als de regisseur er zelf verantwoordelijk voor is?) worden de fans getrakteerd op flink opgekalefaterde effecten en enkele extra shots die de film twee decennia terug niet haalden. Zo worden na twintig jaar eindelijk Elliot en zijn buitenaardse vriend in bad getoond. Deze scène werd in 1982 uit de film geschrapt omdat de effecten regisseur Spielberg niet overtuigden. Ook is de cameo van Harrison Ford, die de rector speelt waar Elliot na een akkefietje op school heen wordt gestuurd, weer in de film teruggebracht.

Producent Universal kondigde de re-release van de film aan als ‘een unieke kans om de prachtige ervaring weer te ondergaan’; vermoedelijk zijn de achterliggende motieven minder nobel. De herlancering van het buitenaardse lieverdje gaat gepaard met een flinke promotiecampagne en een groot assortiment aan uiteenlopende E.T.-parafernalia: van boeken tot een opnieuw gemixte soundtrack, van E.T.-poppen tot -lunchboxen, van een nieuwe website (et20.com) tot een vernieuwde attractie in het Universal Studio-themapark: E.T. — the Ride.

Zelfs als de extra terrestrial de helft van zijn populariteit van toen hervindt, zullen alle belanghebbenden goede zaken doen. Met een wereldwijde bioscoopopbrengst van ruim 700 miljoen dollar bezit E.T. nog steeds een achtste plaats in de lijst van best verdienende films aller tijden; met de re-release in het verschiet zal de film zeker recente kaskrakers als Star Wars Episode I: The Phantom Menace, (1999), Independence Day (1996) en Harry Potter and the Philosopher’s Stone (2001) achter zich laten en zijn oude plaats in de top 3, of zelfs top 2 heroveren.

Het zal E.T. zelf weinig doen, en met compassie en altruïsme heeft het niets te maken, maar de grote mensen bij Universal zullen er ongetwijfeld een warm gevoel aan overhouden.