DIE REISE NACH KAFIRISTAN

Verwarring aan de grens

  • Datum 11-01-2011
  • Auteur
  • Gerelateerde Films DIE REISE NACH KAFIRISTAN
  • Regie
    Donatello & Fosco Dubini
    Te zien vanaf
    01-01-2001
    Land
    Zwitserland/Duitsland/Nederland
  • Deel dit artikel

Van Genève naar Kabul

Een Zwitserse etnologe en een schrijfster reisden anno 1939 in een Ford Roadster De Luxe van Genève naar Kabul. Voor regisseurs Dubini het perfecte uitgangspunt voor een lyrische roadmovie over het overstijgen van geografische, culturele en persoonlijke grenzen.

Kafiristan — dat klinkt naar een fictief buurland van Afghanistan. Een sprookjesgebied met uitgestrekte dorre vlakten, erboven een staalblauwe of juist krijtwitte hemel. Wie Kafiristan wil bereiken, moet volgens de tweede speelfilm van Donatello & Fosco Dubini (Ludwig 1881) langs Midden-Oosterse steden met wonderlijke namen als Ottavia en Eufemia, en ontdekt uiteindelijk ten noorden van Kabul een land van blonde, blauw-ogige ongelovigen. Of Kafiristan echt bestaat? Zeker weet je het nooit terwijl je naar de film kijkt.
Toch blijft Die Reise nach Kafiristan tamelijk dicht bij de realiteit. De eigengereide Zwitserse etnologe Ella Maillart vertrok anno 1939 daadwerkelijk in een Ford Roadster De Luxe vanuit Genève richting Kabul, samen met landgenote en schrijfster Annemarie Schwarzenbach. De reis bood het tweetal een vluchtroute voor de dreigende oorlog en Schwarzenbach hoopte eindelijk van haar morfineverslaving af te komen. Maillart schreef reportages, Schwarzenbach maakte er de foto’s bij en tussendoor kregen de vrouwen ook nog eens een heftige relatie met elkaar. Het valt allemaal te lezen in Schwarzenbachs dagboek, reisverslagen en verhalen, en zijn dus ook te zien in de film. Grootste loopje met de feiten is dat de Dubini’s voor hun schat aan onontgonnen landschappen en Midden-Oosterse tempels moesten afreizen naar Jordanië en Oezbekistan.

Olielamp
Dat wil allemaal niet zeggen dat Die Reise nach Kafiristan een droge bewerking van bijzonder historisch materiaal is geworden. Integendeel. Het is eerder een verfijnd-lyrische, soms ook magische roadmovie, vol totaalshots van de Ford die als een lieveheersbeestje de horizon bekruipt of een wedstrijdje aangaat met een stel kamelendrijvers. Een odyssee van onmiskenbaar Europese makelij, gelardeerd met zware citaten uit Schwarzenbachs oeuvre maar zonder geploeter met haring en tentstok; slechts hier en daar een zweetdruppel of smeervlek, en telkens weer een prachtig uitbelichte Schwarzenbach achter de schrijfmachine, met op het klaptafeltje een dik boek en een olielamp.
Actrice Jeanette Hain oogt op zulke momenten even krachtig en jongensachtig-fotogeniek als de echte Schwarzenbach, terwijl Nina Petri als Ella Maillart een wat fletse indruk maakt. In wit maatpak, kettingrokend en vrouwen kussend lijkt Hain wel erg op een gestileerde update van Marlene Dietrichs beroemde genderbender-rol in Morocco (1930). Ze is niettemin een effectieve personificatie van het grensverwarrings-thema dat de Dubini’s herhaaldelijk aansnijden, en dat het mooist wordt verbeeld in de scène waar Schwarzenbach de dochter van een Turkse diplomaat tot een dans verleidt. De grammofoonmuziek balanceert dan tussen ballroom en harem, en wat als een westerse stijldans begint wordt door de Turkse langzaam veranderd in een oriëntaals staaltje vogue. Alleen als je goed naar het gewaad van het meisje kijkt, zie je dat de beelden enigszins vertraagd zijn. Traditionele tegenstellingen als man-vrouw en westers-oosters worden opgeheven, en zelfs de oorlogszwangere tijd verliest zijn grip. "De grenslijnen moeten innerlijk overschreden worden, niet op de kaart", zei Schwarzenbach eerder in de film. Met de Dubini’s komen we ook op het doek een heel eind.

Kevin Toma