DE BLAUWE TREIN

Een stokoude heks ontketent kinderfeest

  • Datum 06-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films DE BLAUWE TREIN
  • Regie
    Enzo d' Alò
    Te zien vanaf
    01-01-1996
    Land
    Italië/Luxemburg/Zwitserland
  • Deel dit artikel

Met De blauwe trein (La freccia azzurra) leverden regisseur Enzo d’Alò en illustrator en animator Paolo Cardoni hun eerste lange tekenfilm af. Hoewel er op deze film nogal wat kritiek te leveren is, bevat hij voldoende elementen om hem tot een aantrekkelijke kerstfilm voor het hele gezin te maken. Ouderen en kinderen zullen aangesproken worden door de Hergé-achtige tekeningen en het nostalgisch-ouderwetse, spannende verhaal.

Zoals we in Nederland de sinterklaastraditie kennen, kennen de zuidelijke landen van Europa de Befana-traditie, een kinderfeest met cadeautjes voor zoete kinderen en stukken houtskool voor stoute kinderen. Het Befana-feest valt op Driekoningen (6 januari) en de legende wil dat de drie koningen Befana vroegen mee te gaan naar de pasgeboren Jezus, maar dat zij weigerde omdat ze haar handen vol had aan huishoudelijk werk. De volgende dag kreeg ze spijt en ging zij met wat speelgoed van haar kinderen alsnog op weg. Haar bezem nam ze mee en deze bleek onderweg plotseling te kunnen vliegen. Ze vond de Wijzen en het kindje Jezus niet en sinds die tijd vliegt zij ieder jaar op Driekoningen op haar bezem rond om pakjes achter te laten in alle schoorstenen, in de hoop dat Jezus zich in een van de huizen bevindt. In 1955 verwerkte de Italiaanse schrijver Gianni Rodari de Befana-figuur in het kinderboek dat ten grondslag lag aan de eerste lange tekenfilm van regisseur Enzo d’Alò en animator Paolo Cardoni.

Stripboek
Enzo d’Alò, mede-oprichter van de Laterna Magica Filmstudio’s die de film medeproduceerde, is in Italië vooral actief op het gebied van televisie. Het idee voor De blauwe trein kreeg hij tijdens het voorlezen van het boek van Rodari aan zijn dochtertje. Onder leiding van illustrator en hoofdanimator Cardoni — wiens werk als tekenaar meer dan eens is bekroond — werkten gedurende twee jaar zo’n tweehonderd artiesten uit heel Europa aan de honderdduizend tekeningen en negenhonderd decors van de film. De tekeningen werden met de hand gemaakt; de decors werden met aquareltechnieken ingekleurd. Nadat het materiaal was gedigitaliseerd, werd het door een computer bewerkt, waardoor de bewegingen van personages vloeiend werden en de camerabewegingen werden geoptimaliseerd.
Het resultaat is een prachtig getekende film. De tekeningen zijn door het gebruik van veel zachte kleuren weliswaar nogal zoet, maar de voor- en achtergrond zijn allebei goed uitgewerkt, iets wat in de meeste tekenfilms die tegenwoordig op televisie te zien zijn, zeker niet het geval is. Dat Cardoni een groot bewonderaar is van de Belgische Kuifje-tekenaar Hergé, is duidelijk aan de film af te zien en meer dan eens krijg je tijdens het kijken naar de film het gevoel dat je in een goed getekend stripboek zit te lezen.

Opstand
Het is jammer dat het kwaliteitsniveau van de tekeningen niet wordt gehaald in het verhaal en dat de film door het nogal moraliserende scenario niet zo goed is als hij had kunnen zijn. Hoewel het verhaal van De blauwe trein enigszins doet denken aan de Disney-animatiefilm Toy story, is de film geen slaafse navolging van het Disney-concept. Dit pleit zeker in het voordeel van De blauwe trein, maar d’Alò en medescenarist Umberto Marino hadden wel wat van de vaart en spitse humor van de Disney-films kunnen opsteken.
Het verhaal zelf geeft daartoe ook alle gelegenheid: er is een goede heks (Befana) die ziek te bed ligt omdat haar op geld beluste assistent Scarafoni geld wil slaan uit het speelgoed in haar winkel; er is een weesjongen die graag de blauwe trein uit de etalage wil hebben en na allerlei tegenslagen de held van het verhaal wordt; er zijn twee boeven die het op de goedgevulde kluis van Befana voorzien hebben en er is speelgoed dat in opstand komt tegen de boze Scarafoni en tijdens hun vlucht allerlei spannende avonturen beleeft. Daar komt bij dat de Befana-figuur alles in zich heeft om er een hip mens van te maken: ze is weliswaar stokoud, maar vliegt bij nacht en ontij op haar bezemsteel door de lucht om als de geëmancipeerde zus van Sinterklaas en de kerstman haar werk te doen. Vliegen op een bezemsteel doet ze wel in De blauwe trein, maar Befana is daarin bovenal oud en ziek en pas aan het einde van de film komt ze even in actie om de gebeurtenissen tot een goed einde te breien.
Ondanks deze kritiek blijft er vooral voor kinderen nog genoeg over om de film tot een succes te maken. De allerkleinsten zullen in de speurhond Wiebel die de speelgoedstoet leidt, de hond Dribbel uit de populaire prentenboeken van Eric Hill herkennen en opgetogen raken van het feit dat al het speelgoed tot leven komt, en Wiebel in de weesjongen Francesco zo’n fijn baasje vindt. Ook valt er voor deze groep genoeg te lachen om de gemene Scarafoni die uitglijdt over een speelgoedeend op wielen en een klap op zijn hoofd krijgt van een standbeeld dat tot leven is gekomen. Kinderen zullen deze nostalgisch-ouderwetse film met romantische muziek van Paolo Conte ervaren als een spannend verhaal over vriendschap, liefde en — natuurlijk — het krijgen van cadeautjes. Doordat de film in het Nederlands is nagesynchroniseerd, is hij ook door de allerkleinsten goed te volgen, maar dan moeten ze wel in staat zijn om 90 minuten te blijven zitten.

Annemarie Vollebregt
Met dank aan Bobby Wit (4½ jaar).