BATTLE ROYALE 2

Rokende puinhopen

  • Datum 02-10-2010
  • Auteur
  • Gerelateerde Films BATTLE ROYALE 2
  • Regie
    Kinji & Kenta Fukasaku
    Te zien vanaf
    01-01-2003
    Land
    Japan
  • Deel dit artikel

Na de culthit Battle royale wilde Kinji Fukasaku opnieuw een film maken over pubers die elkaar in een gruwelijk spel afslachten. De Japanse regisseur overleed voortijdig, waarna zijn zoon Kenta de film voltooide. "Battle royale ging over de Japanse strijd tussen de generaties. Battle royale II gaat over de internationale strijd van allen tegen allen."

De Japanse regieveteraan Kinji Fukasaku (1930-2003) was in 2001 in Rotterdam, om de Europese première van Battle royale bij te wonen. Het zwartgallige toekomstvisioen over randgroepjongeren die gedwongen worden om elkaar op leven en dood te bevechten in een wreed spel zat vol opgekropte woede. "Toen ik zelf jong was", vertelde Fukasaku destijds, "weigerden volwassenen om zich te verdiepen in jongeren, en dat maakt me nog altijd boos. Een halve eeuw later doen de oudere generaties nog steeds alsof de jeugd alleen maar lastig is, en in toom moet worden gehouden. In Battle royale verdedig ik het recht van jongeren om zich te verzetten tegen de gevestigde orde."
Dat verzet kreeg in Battle royale zijn bekroning met het overmeesteren door enkele aan het spel deelnemende tieners van de wrede spelleider Takeshi Kitano. Battle royale II gaat verder waar het (in ons land niet in de bioscoop uitgebrachte) deel één ophield: de rebellerende tieners van weleer hebben zich ontpopt als een militante terreurgroep die geen enkel middel schuwt om de wereld van de volwassenen te schaden. In de openingsscène zien we hoe de terroristen de halve skyline van Tokio opblazen. Het is niet de enige verwijzing naar de aanslagen van 11 september 2001. Zo zien we in een flashback hoe de rebellen onderdak krijgen in een tamelijk idyllisch afgeschilderd Afghanistan.
De parallel met Al Qa’ida berust zeker niet op toeval, aldus Kenta Fukasaku (1973), die Battle royale II schreef, en de regie overnam toen zijn vader vorig jaar tijdens het draaien van de film overleed aan kanker. "De jeugdige terroristen in deel twee slaan terug uit diepe frustratie, net zoals Osama bin Laden kan putten uit een enorm reservoir aan frustratie, verbittering en woede over een wereldorde die weigert om grote delen van de wereldbevolking een stem te geven." Daarmee wil Fukasaku zeker niet beweren dat hij, of zijn vader, het gebruik van terroristisch geweld goed willen praten. "Je moet je alleen afvragen of dit soort geweld te vermijden valt, zolang de rijke landen doof blijven voor de echte problemen in de wereld. Kennelijk moeten de zwakken eerst torens opblazen voordat de machthebbers eindelijk eens naar hen luisteren."

Grote leugen
Het grote verschil tussen de twee films is een kwestie van schaalvergroting "Battle royale ging over de Japanse strijd tussen de generaties. Deel twee gaat over de internationale strijd van allen tegen allen." Volgens Kenta Fukasaku is het geen toeval dat ook in zo’n strijd jongeren het voortouw zouden nemen. "Volwassenen verliezen het vermogen om nee te roepen tegen onrecht, zodra ze zelf deel gaan uitmaken van het systeem. Alleen wie niets te verliezen heeft kan nee roepen tegen slechte wetten en oneerlijke verhoudingen, zonder compromissen te moeten sluiten. Bovendien heeft de jeugd het grootste belang bij verzet tegen de bestaande wereldorde. Als een machtige natie in naam van het recht bommen begint te gooien op een land dat ze eenzijdig als het kwaad hebben bestempeld, lijden de kinderen het meest, terwijl ze er het minste aan kunnen doen."
Die machtige natie is natuurlijk Amerika, en de tegenzin tegen de supermacht werd door vader en zoon Fukasaku gedeeld. "Voor mijn vader waren de Amerikanen verantwoordelijk voor de rokende puinhopen waarin hij zijn jeugd moest doorbrengen. Dat was ook de belangrijkste reden om in Afghanistan te filmen. Hij wilde nog eenmaal voelen hoe het was om te moeten rondlopen in een land dat net als Japan door de Amerikanen werd platgebombardeerd, en aan zijn lot is overgelaten. Mijn eigen woede tegen de Amerikanen is veel directer. Hun zogenaamde oorlog tegen het terrorisme is een grote leugen, bedoeld om nog meer macht naar zich toe te trekken. Ze liegen alleen maar, en iedereen weet dat ook. Toch komen ze er mee weg, omdat ze de macht hebben."
Voor zijn dood schreef Kinji Fukasaku nog een toelichting bij Battle royale II, die van zijn zoon de ondertitel ‘Requiem’ meekreeg. Onder het bovenschrift ‘My final battle’ vraagt de gedesillusioneerde filmmaker zich af: "Wat is een volwassene? Wat is een kind? Wat is oorlog? Wat is rechtvaardigheid? En wat is terrorisme?" De antwoorden op die vragen gaan in Battle royale II helaas verloren door een overdosis sentimentaliteit, en een overgeromantiseerd beeld van de Jeugd. Toch is het een geruststelling dat er nog filmmakers zijn die dit soort vragen nog met een gevoel voor urgentie aan de orde durven te stellen. Kinji Fukasaku is er niet meer, maar zoon Kenta houdt in zijn plaats de ogen open.

Fritz de Jong