Ton Cox over Directed by Nature

Directed by Nature

In de reeks Lichting 2018 interviewt de Filmkrant de hele zomer vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week Ton Cox (AKV|St.Joost). Met zijn Directed by Nature maakte hij een anti-natuurdocumentaire. Geheel gefilmd door dieren zelf. Of althans, dat was het plan. “Tijdens mijn stage zeiden ze, laat nooit de worsteling van de maker zien. En ik dacht, hoezo niet?”

Jouw documentaire is eigenlijk ontstaan uit jouw frustratie over hoe nep natuurdocumentaires zijn. Kan je vertellen hoe je dat voor jezelf ontdekte? “Daar is het mee gestart ja. Zo’n twee jaar terug deed ik met Wietse (van Bezooijen, cameraman van Directed by Nature) een minor Arts & Nature en we wisten gewoon niet wat we moesten doen. Toen zaten we natuurdocumentaires te kijken en al snel dachten we ‘he, dit slaat eigenlijk helemaal nergens op’. Dieren zien er in het echt heel anders uit. Verschillende locaties en tijdsgebieden zijn gewoon achter elkaar geplakt. Het grootste probleem is dat, wat ook wel in mijn documentaire benoemd wordt, er heel veel in geantropomorfiseerd [het vermenselijken van dieren — red] wordt. Dat dieren menselijke eigenschappen wordt gegeven. Dat heeft zijn voor- en nadelen. Voordeel is dat veel meer mensen dan kijken naar natuurdocumentaires. Nadeel is dat het dan niet helemaal eerlijk is wat er gebeurt.”

Vervolgens kreeg je toen het plan om Go Pro’s [kleine camera’s, normaal gebruikt bij onder meer actiesporten — red.] te bevestigen op dieren om ze zo letterlijk hun eigen leefgebied vast te laten leggen. “Ja, het is misschien een heel romantische gedachte, maar ik dacht ‘een dier dat al twintig jaar op dezelfde plek woont, moet er toch anders naar kunnen kijken dan hoe wij dat doen’. De beelden die wij van de natuur maken is hoe wij het mooi vinden. Maar is dat wel hoe andere dieren ernaar kijken? Kunnen wij er niet van leren als dieren bepaalde shots maken? Daarbij wilde ik me ook afzetten tegen traditionele natuurdocumentaires met hun mooie strakke stilering. Kijk bijvoorbeeld naar al die smartphone beelden van mensen op het nieuws, dat is super rauw en voelt voor ons meer waarheidsgetrouw. Die kwaliteit moest het ook hebben. Ik hoopte met die schokkerige Go Pro-beelden ook een soort nieuwe waarheid te creëren.”

Ton Cox

Zoals in Directed by Nature is te zien, lukt dat plan maar ten dele. Op welk moment kwam je erachter dat je making off materiaal eigenlijk je grootste bron was? “Ik kwam zo vast te zitten dat ik een maand vrij af moest nemen. Ik hield al rekening met studievertraging. Een docent moedigde me aan door te gaan want volgens hem zat er wel iets aan te komen. Hij zei me mijn zoektocht, gedachtes en alles vast te gaan leggen. Daar is het mee begonnen. Ik maakte toen wat ruwe edits, zette steentjes in elkaar van wat ik had, en toen kwam ik erachter dat de zoektocht was waar het omging. De door die dieren geschoten beelden is een gedeelte van die zoektocht. Daarmee kwam de omslag. Ik kreeg toen ook het idee mijn videokunst erin te verwerken. Want wat is natuur, hoe kom je dichterbij de natuur, dat zijn best wel filosofische vraagstukken. Met die videokunstwerken kon het op dat niveau ook diepgang krijgen.”

Je uiteindelijke docu valt ook op door de droge humor die er in zit. Is dat iets dat al jouw werk kenmerkt? “Het komische zit altijd wel een beetje in mijn leven. Nu ik voor het eerst zelf voor de camera stond, ging het best vanzelf. Ik had het geluk dat ik nog echt als idealist bezig was en ervan overtuigd was dat het Go Pro-plan me echt ging lukken. Docenten waren al sceptisch terwijl ik als regisseur de rol van een Don Quichot aannam. Toen ik dat zelf ook inzag heb ik de documentaire Lost in La Mancha (Keith Fulton, Louis Pepe, 2002) gekeken, over Terry Gilliam’s gedoemde Don Quichot-verfilming. Toen ik daarnaar keek dacht ik wel, o man wat verschrikkelijk, alles gaat fout. Maar ja, hij is ook wel die gast, die dwaze idioot die dat doet. Die rol was ik zelf ook al aan het aannemen, maar nu moest ik hem ook echt gaan pakken. Dat komische werkte daar heel goed bij. Misschien neem ik dat ook wel mee naar mijn volgende documentaire. Ik hou zelf namelijk niet van al die regels en formaliteiten. Tijdens mijn stage bij Frans Bromet is mij bijvoorbeeld ook gezegd ‘laat nooit de worsteling van de maker zien in je film’, en dan dacht ik ‘ja, waarom niet?’… Al die regels, daar wil ik mee breken. Ik wil gewoon meer informaliteit hebben, dat zit dichter bij mensen.”

Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september tot en met 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.