Marc Wagenaar over Dante vs. Mohammed Ali

Flow like a butterfly, sting like a bee

Dante vs. Mohammed Ali

In de reeks Lichting 2018 interviewt de Filmkrant de hele zomer vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week vertelt Marc Wagenaar (Filmacademie) over zijn persoonlijke fictiefilm Dante vs. Mohammed Ali. “Toen ik me aanmeldde bij de academie wist ik al dat ik het wilde verfilmen. Het was dus ook best spannend na de eerste vertoning: wat moet ik nu?”

In zijn afstudeerfilm Dante vs. Mohammed Ali maakt Marc Wagenaar het publiek deelgenoot van de belevingswereld van tiener Wolf (Bas Keizer). Een romantische ziel, die worstelt met zijn gevoelens voor de atletische Alexander (Gijs Blom). Waar een dergelijke jeugdliefde normaliter realistisch en intiem in beeld wordt gebracht, verfilmde Wagenaar zijn surreële scenario juist met gevoel voor het grote gebaar: niet alleen situeerde hij zijn verhaal in een dorp met haar eigen regels, ook wordt Wolfs gevoelsleven geaccentueerd doordat hij onderdeel is van een absurd boksritueel. Elke zondag nemen de dorpsbewoners het tegen elkaar op in een als boksring ingerichte trekschuit, die zich langzaam glijdend door het Nederlandse polderlandschap voortbeweegt. Nu Wolf tegenover Alexander in de ring staat weigert hij te vechten. Iets wat nog nooit in de geschiedenis van het dorp is voorgekomen.

Marc Wagenaar

Dante vs. Mohammed Ali is een persoonlijke film waar ik zeven jaar mee heb rondgelopen,” legt Wagenaar uit. “Het idee stamt uit de tijd dat ik in Nijmegen woonde en heimelijk verliefd werd op een jongen. Het probleem was echter: hij was hetero. Ik heb die onbeantwoorde liefde heel lang meegesleurd, totdat het er als ’t ware uitbarstte. Zo ontstond het plan voor een film en ik ben toen halsoverkop naar Berlijn verhuisd, waar ik drie jaar lang zoveel mogelijk filmervaring heb geprobeerd op te doen. Als stagiair bij de Berlinale bijvoorbeeld, als regie-assistent en als assistent van een sound designer. Daar ben ik ook korte films gaan maken: ingewikkelde werken vol symboliek. Ik mistte echter de fundering en wilde daarom heel graag naar de filmacademie, om de taal te leren.”

Dat instinctieve heb je niet verloren, want je film zit vol met memorabele beelden: de trekschuit met de boksers, Wolf die gedichten declameert met een badmuts op. Hoe ontstaan zulke ideeën? “Dat gebeurt heel organisch. Ik heb een beeld in mijn hoofd, zoals die trekschuit, en dan ga ik verder denken. Hoe komen die jongens daarop terecht? Wat is hun leefwereld? En wat is hun verhouding tot elkaar? Dat blijft dan een tijdje in mijn hoofd rondzweven, totdat er ineens verschillende ideeën samen komen. Dan grijpt alles in elkaar en schrijf ik het scenario bijna in een zit. Muziek kan daar ook bij helpen. Voor Dante vs. Mohammed Ali was een muziekstuk van Händel heel belangrijk. Een romantische compositie over de Perzische koning Xerxes die een plataanboom aanbidt. Een mooi stuk dat ik grijs heb gedraaid, maar ook een vertelling over verboden liefde. Xerxes bezingt een plataan, maar eigenlijk gaat het over zijn liefde voor de vrouw van zijn broer.”

In jouw film gebeurt iets soortgelijks. Het boksritueel waaraan Wolf en Alexander deelnemen kan je ook opvatten als een metafoor voor pijnlijke aspecten van de liefde of voor de manier waarop er in een gemeenschap over mannelijkheid wordt gedacht. “Ik heb vooral geprobeerd de liefde te laten zien zoals ik dat destijds ervaren heb. Je eerste liefde, ook als die niet beantwoord wordt, heeft een verterende kracht. Je ervaart de wereld heel intens. De tragiek is inderdaad uitvergroot, maar er zijn ook momenten van betoverende schoonheid. Dat soort gevoelens kan je volgens mij het best via metaforen en symboliek tonen. De filmmakers die mij inspireren doen dat ook. Daarom zit er in bijna elke scene wel een verwijzing naar een regisseur die ik bewonder: Godard bijvoorbeeld, maar ook Tarkovksi en Alex van Warmerdam. In dat soort eigenzinnige werelden kan ik me helemaal verliezen.”

Dat zijn allemaal makers met een geheel eigen signatuur. Hoe zie jij de toekomst voor je? Wil je ook een dergelijk auteursoeuvre opbouwen? “Ik wil inderdaad het liefst persoonlijke, auteursfilms blijven maken. Dus zelf bedenken, schrijven en regisseren. Ik heb ook al genoeg ideeën. Om eerlijk te zijn was ik daar wel bang voor. Dante vs. Mohammed Ali was een heel persoonlijk project. Toen ik me aanmeldde bij de academie wist ik al dat ik het wilde verfilmen. Het was dus ook best spannend na de eerste vertoning: wat moet ik nu vertellen? Maar de ideeën stromen! De beelden vliegen weer volop door mijn hoofd.”

Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september tot en met 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.