Joost Smith over The Change of Memorial Places

Selfies in de gaskamers

The Change of Memorial Places

In de reeks Lichting 2018 interviewt de Filmkrant de hele zomer vers afgestudeerd filmtalent van verschillende academies. Deze week vertelt Joost Smith (Willem de Kooning Academie) over zijn documentaire The Change of Memorial Places: “Entertainment is een manier om de geschiedenis levend te houden. Ik had hiervoor nog nooit over de Slag bij Heiligerlee gehoord.”

Regisseur Joost Smith studeert af aan de Rotterdamse Willem de Kooning Academie met de indringende documentaire The Change of Memorial Places. Zijn camera zweeft als een geest door de statige paden van de Duitse militaire begraafplaats in IJsselstein, langs de NSB-affiches in het Amsterdamse Verzetsmuseum, over de hoofden van toeristen die één minuut stil zijn bij de verwoestingen die de Eerste Wereldoorlog achterliet in Ieper (België). Smith portretteert zeven plaatsen die de herinnering aan een oorlog oproepen. Ze doen dat via herdenken, educatie of entertainment. De filmmaker stelt dat hoe langer een oorlog geleden is, des te meer entertainment zijn intrede doet. Smith: “Ik zag een documentaire van Brandpunt over hoe toeristen ertoe komen om selfies te maken voor de gaskamers van Auschwitz. Over hoe Auschwitz een dagje uit is geworden. ‘Dark tourism’ heet dat en het komt erop neer dat je plekken met een donkere kant bezoekt. Ik heb een minor gedaan over gedragsbeïnvloeding en waarom je je gedraagt zoals je je gedraagt. De omgeving heeft daar een belangrijk aandeel in.”

Joost Smith

Waarom heb je juist deze zeven plaatsen gekozen? “Ik heb eerst de hoofdlijnen uitgezet en ben daarna gaan bekijken wat er allemaal was. Ik kwam de gekste dingen tegen. Zo heb je een gevangenismuseum in Veenhuizen en onderdeel is dat je in een boevenbus door de stad wordt gereden. In de Karosta Prison in Litouwen laat je jezelf opsluiten en kies je welke straf je uitzit. De attractie is dat je een week wordt behandeld als een death row-gevange bijvoorbeeld. Beide plekken heb ik gevraagd om mee te werken aan mijn film, maar ze hebben op een gegeven moment afgehaakt. Mijn film paste niet bij hun brand.”

Behalve de laatste memoreren de plekken gebeurtenissen uit de twintigste eeuw. Je had kunnen afsluiten met ANNE, het toneelstuk over de dagboeken van Anne Frank met als decor een ronddraaiend Achterhuis op ware grootte. Maar je koos voor een publieke re-enactment van de Slag bij Heiligerlee; het begin van de Tachtigjarige Oorlog. Waarom? “Het gaat me erom hoe de betekenis van tragedies met de tijd verandert. Hoe langer geleden het is, des te abstracter het wordt. Bij de Slag bij Heiligerlee gaat men een dagje kijken op het slagveld. Heiligerlee is van 1568, dat voelt ver weg. Daarom wordt zo’n evenement geaccepteerd. Moet je je voorstellen dat hobbyisten een dag zouden gaan kijken bij de Tweede Wereldoorlog. Dat kunnen we ons niet indenken. De band die je voelt hangt samen met hoe ver weg iets is. Ook in fysieke afstand. Ik las dat er in Azië slagen uit de Tweede Wereldoorlog worden nagespeeld op scholen. Met tanks enzo.”

Nog even over de ijscomannen. Die komen verschillende keren terug. Vertel. “IJskramen hebben het elán van een uitstapje. Bij het Holocaustmonument in Berlijn zie je dat het de sfeer sterk beïnvloedt. Als het monument alléén zou staan, zou het niet uitnodigen om er gezellig een broodje te gaan eten. De omgeving stimuleert dit gedrag. Bij het Flanders Fields Museum in Ieper kreeg ik de omslag duidelijk in beeld. Iedereen respecteert de minuut stilte en dan gaan mensen opeens selfies maken met de soldaten. Ik zag het gebeuren en dacht: dit is precies waar het om draait. Mensen zijn gewend om constant te delen en verbonden met elkaar te zijn. Daar sporen social media je toe aan. Zo krijg je dit soort foto’s voor op Instagram.”

Maakt dat je verdrietig? “Tja. Ik wil het niet veroordelen. Maar dat mensen zonder voorkennis naar Sachsenhausen gaan om door de gaskelders te kruipen, is ontzettend tragisch. Als je de slachtoffers niet wil herdenken: kom dan niet. Er wordt steeds minder bij de geschiedenis stilgestaan en dat is jammer. Maar het is ook moeilijk om het weer terug te draaien.”

Diverse afstudeerfilms zullen te zien zijn op het Nederlands Film Festival dat van 27 september tot en met 5 oktober plaatsvindt in Utrecht.